14.3.3
Negatieve reagenscontrole voor IHC
IHC Gebruik negatieve reagenscontrole voor IHC in plaats van het primaire antilichaam bij een coupe
van elk patiëntmateriaal om niet-specifieke kleuring te beoordelen en om een betere interpretatie
van specifieke kleuring mogelijk te maken.
Aanbevolen ideale controlereagens:
(i) Voor monoklonale antilichamen gebruikt u een antilichaam van hetzelfde isotype dat wordt
geproduceerd uit weefselcultuur supernatant, en op dezelfde manier als het primaire
antilichaam, maar dat geen specifieke reactiviteit toont met menselijke weefsels.
Verdun dit tot dezelfde immunoglobuline of proteïne concentratie als het primaire
antilichaam dat hetzelfde verdunningsmiddel gebruikt (BOND Primaire
antilichaamsverdunningsmiddel).
Als foetaal kalfsserum behouden blijft in het schone antilichaam na verwerking, is foetaal
kalfsserum in een proteïneconcentratie, equivalent aan het verdunde primaire antilichaam
in hetzelfde verdunningsmiddel, ook geschikt voor gebruik.
(ii) Voor polyklonale antilichamen gebruikt u een immunoglobulinefractie (of heel serum,
indien gepast) van normaal of non-immuun serum van dezelfde dierlijke bron en dezelfde
proteïneconcentratie als het primaire antilichaam, met identiek verdunningsmiddel (BOND
Primair antilichaamsverdunningsmiddel).
BOND primair antilichaamsverdunningsmiddel kan op zichzelf gebruikt worden als een minder
aantrekkelijk alternatief voor de eerder beschreven negatieve reagenscontroles.
De incubatieperiode voor de negatieve reagenscontrole moet overeenkomen met dat van het
primaire antilichaam.
Gebruik een apart negatieve reagenscontroleglaasje voor elke herstelmethode die u gebruikt
(inclusief geen herstel) voor een gegeven primair antilichaam.
Wanneer panels van verscheiden antilichamen worden gebruikt op seriële coupes, kunnen de
negatieve kleuringsgedeeltes van een glaasje dienen als negatieve/niet-specifieke bindende
achtergrondcontroles voor andere antilichamen.
Om endogene enzymactiviteit of niet-specifieke verbinding van enzymen te onderscheiden van
specifieke immunoreactiviteit, kleurt u extra patiëntweefsels respectievelijk met uitsluitend
substraat-chromogeen of enzymcomplexen en substraat-chromogeen.
Het BOND-systeem bevat een standaard negatieve IHC controlereagens, genaamd „*Negatief",
dat kan worden geselecteerd als de merker voor een IHC-protocol. Het dispenseert BOND
Wash (Zie
14.3.4
Reagenscontroles voor ISH
14.3.4.1 Positieve reagenscontrole
ISH Voor in-situ hybridisatie gebruikt u de positieve controleprobe.
Gebruik het in plaats van de probe met een coupe van elk patiëntmateriaal om specifieke
informatie te geven over de behoud van nucleïnezuren in het weefsel, evenals toegankelijkheid
van nucleïnezuren in de probe.
Het protocol voor positieve probecontroles moet overeenkomen met dat van de testprobe.
Als de positieve controleprobe geen positieve kleuring laat zien, moeten de resultaten met de
testspecimens als ongeldig worden beschouwd.
BOND 6.0 gebruikshandleiding (NIET VS en China) rev. A05 © Leica Biosystems Melbourne Pty Ltd 2021
10.5.2 Casus- en
glaasjesinstellingen).
BOND reagentia gebruiken
299