Bergen, laden en transport
Bergen
Hoofdstuk Veiligheidsbepalingen (blz. 14) en para-
graaf Veiligheidsbepalingen bij het bergen (blz. 29) in
STOP
acht nemen.
Het bergen mag alleen over een kleine afstand en
stapvoets (0,5 m/s ~ 1,0 m/s) plaatsvinden.
Sleepstang resp. -kabel aan het bevestigingspunt (1) van de
!
graafmachine en aan het trekvoertuig bevestigen.
Indien het bevestigingspunt aan de graafmachine niet bereikbaar is, dan kan ter bevestiging ook een sleep-
!
kabel om het midden van het dozerblad worden geslagen.
Bij het bergen bevindt zich de gebruiker op de bestuurdersplaats.
!
Met het trekvoertuig langzaam wegrijden, om een plotselinge belasting te voorkomen.
!
Laden/lossen van de graafmachine met een kraan
Hoofdstuk Veiligheidsbepalingen (blz. 14) en para-
graaf Veiligheidsbepalingen bij het laden/lossen van
STOP
de graafmachine met een kraan (blz. 29) in acht ne-
men.
De graafmachine op een vlakke ondergrond in de hefpositie
!
(zie afbeelding) brengen.
Het dozerblad tot de aanslag van de dozerbladcilinder heffen,
!
zie ook paragraaf Graafwerkzaamheden (gebruik van de be-
dieningselementen) (blz. 81).
Boom recht ten opzichte van de lengteas van de bovenwagen
!
uitrichten.
Boomcilinder, bakcilinder en armcilinder tot de aanslag uit-
!
schuiven.
Bovenwagen zo draaien, dat het dozerblad aan de achterzijde is geplaatst.
!
De deur en de kappen sluiten en vergrendelen.
!
Voor het heffen van de graafmachine mogen alleen de daarvoor bestemde bevestigingspunten wor-
den gebruikt. Het bevestigen aan andere bevestigingsogen of -punten is verboden en kan tot ernstige
STOP
beschadigingen leiden.
1
31