Welkom in de wereld van Yamaha! Als eigenaar van de YZF-R1/YZF-R1M profiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van het ont- werpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven.
Pagina 6
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU10134 Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen: Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of overlijden te voorkomen.
VEILIGHEIDSINFORMATIE DAU1028B moeten les krijgen van een gediplo- daar doen ongelukken met motor- meerd instructeur. Neem contact op fietsen zich namelijk het meest met een bevoegde motorfietsdealer voor. Wees een verantwoordelijke eigenaar voor informatie over rijlessen bij u in de •...
Pagina 11
VEILIGHEIDSINFORMATIE bent met de motor en zijn bedie- passagier mee die niet in staat is om uw benen, enkels en voeten bedekt. ning. beide voeten stevig op de passa- De motor en het uitlaatsysteem kun- Ongelukken worden vaak veroorzaakt giersvoetsteunen te zetten.
Pagina 12
Yamaha accessoires, die alleen verkrijg- Beladen verdeel het gewicht zo gelijkmatig mo- baar zijn bij de Yamaha dealer, zijn door Het monteren van accessoires of het ver- gelijk over beide zijden om onbalans of Yamaha ontwikkeld, getest en goedge- voer van bagage kan een negatief effect instabiliteit te minimaliseren.
Pagina 13
VEILIGHEIDSINFORMATIE verkrijgbare accessoires of aanpassings- moeten zo licht mogelijk zijn en tot werden geleverd, zijn ontworpen om de mo- sets niet geschikt zijn vanwege mogelijke een minimum worden beperkt. gelijkheden van de motorfiets te ondersteu- veiligheidsrisico’s voor uzelf of anderen. Het •...
Pagina 14
VEILIGHEIDSINFORMATIE delen die kunnen afbreken). Kies de plaats voor de spanbanden zorgvuldig om te voorkomen dat deze tijdens het transport schuurplekken op de lak ver- oorzaken. Zorg indien mogelijk dat de vering iets door de spanbanden wordt ingedrukt, zodat de motorfiets tijdens het trans- port niet overmatig kan stuiteren.
YRC (Yamaha Ride Control) bochten en hard optrekken bij een Yamaha Ride Control is een systeem dat scherpe leunhoek of tijdens het rem- gebruikmaakt van verschillende sensoren men. Ook kan het systeem wegslippen en regeleenheden om een verbeterde rijer- of loskomen van het voorwiel (“whee-...
Pagina 19
SPECIALE KENMERKEN acceleratie mogelijk te maken, wordt in de ging voor verstandig rijgedrag dat is rechtopstand minder tractieregeling toege- aangepast aan de omstandigheden. De De anti-uitbreekregeling regelt de vermo- past. In de bochten wordt meer tractierege- tractieregeling biedt geen bescherming gensafgifte van de motor wanneer zijde- ling toegepast.
SPECIALE KENMERKEN geregeld door de SCU, wat onafhankelijke DAU66311 Woordenlijst Het snelschakelsysteem maakt bij volgas afstelling van de ingaande en uitgaande ABS - Anti-Lock Braking System (anti-blok- elektronisch ondersteund opschakelen zon- demping van zowel de voor- als achterve- keervoorziening remsysteem) der koppelingshendel mogelijk.
Pagina 21
SPECIALE KENMERKEN UBS - Unified Brake System (gekoppeld remsysteem) YRC - Yamaha Ride Control (rijregelsy- steem)
Dompel de sleutels nooit in water. daarom met alle drie sleutels naar een Stel de sleutels nooit bloot aan ex- Yamaha dealer om deze opnieuw te laten treem hoge temperaturen. coderen. Gebruik de sleutel met het rode Leg de sleutels nooit vlakbij magne-...
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU10474 parkeerlicht gaan branden en de motor kan Om het stuur te vergrendelen Contactslot/stuurslot worden gestart. De sleutel kan niet worden uitgenomen. OPMERKING De koplampen gaan automatisch branden als de motor wordt gestart en blijven aan totdat de sleutel naar “OFF”...
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Om het stuur te ontgrendelen DAU66050 Stuurschakelaars Links 1. Modus-schakelaar “MODE” 1. Drukken. 2. Toets omhoog 2. Draaien. 3. Middelste toets 1. Lichtsignaal-/LAP-schakelaar “ /LAP” 4. Toets omlaag Druk de sleutel in en draai deze dan naar 2.
Pagina 26
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU66091 schakelaar vervolgens omlaag naar “ ”. rende langere tijd als de motor niet Schakelaar Pass/LAP “ /LAP” Zie pagina 6-1 voor startinstructies voordat draait omdat hierdoor de accu kan ontla- Druk op deze schakelaar om een lichtsig- u de motor start.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN ingedrukt totdat TCS OFF wordt weer- een instellingswaarde te verhogen. DAU49398 Controlelampjes en gegeven. Gebruik de toets omlaag om Omlaagdraaien - draai het wiel omlaag om waarschuwingslampjes de tractieregeling weer in te schake- naar beneden/naar rechts te schuiven of len.
Pagina 28
Vul in dat geval zo snel mogelijk brandstof WAARSCHUWING laat dan het elektrisch circuit controleren bij. door een Yamaha dealer. (Zie pagina 4-23 Als het ABS-waarschuwingslampje niet Het elektrisch circuit voor het waarschu- voor een uitgebreide uitleg over de functie...
Pagina 29
Als het controlelampje niet gaat bran- worden gecontroleerd door de sleutel naar machine stoppen. den of blijft branden, vraag dan uw Yamaha “ON” te draaien. Het lampje moet enkele Als de motor oververhit raakt, wordt dealer om de machine te controleren.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU66323 baarheid onder uiteenlopende omstandig- Weergave heden. Door de aard van deze technologie TRACK MODE De weergave heeft twee verschillende is het normaal dat een klein aantal pixels in- weergavemodi voor het hoofdscherm: actief is. 12 : 00 STREET MODE en TRACK MODE.
Pagina 31
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN pagina 4-21.) tistieken voor brandstofverbruik. De items CON en FUEL AVE kunnen individueel op de informatieweergave kunnen worden worden teruggesteld. ingedeeld in vier groepen via het scherm Toerenteller MENU. De toerenteller geeft het motortoerental aan Items op de informatieweergave terugstel- De items op de informatieweergave zijn: op basis van meting van de draaisnelheid...
Pagina 32
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Acceleratie-indicator circuit. Geeft de voorwaartse acceleratie en vertra- MODE-B is een zachtere instelling gende krachten weer. voor op het circuit. MODE-C is geschikt voor rijden op de weg. Hold-indicator voor toerenpiek MODE-D is geschikt voor toeren of rij- Deze kleine balk wordt kort weergegeven den bij slecht weer.
Pagina 33
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Selecteer met de middelste knop TCS het scherm MENU. de registratiefunctie. om het tractiecontrolesysteem uit te schakelen en houdt vervolgens de Rondetimer ERS-indicator “ ” (YZF-R1M) toets omhoog ingedrukt tot TCS OFF Deze stopwatchfunctie meet en registreert Dit pictogram toont de huidige ERS-modus.
Pagina 34
TEST of AVERAGE voor aanvullende 4. ECU-foutcode onmiddellijk de motor af en laat het voer- rondetijdinformatie. 5. Waarschuwingslampje foutmodus “Err” tuig controleren door een Yamaha-dea- De rondetimer stopt automatisch als ler. Wanneer een fout wordt gedetecteerd, wis- het scherm MENU wordt geopend.
Yamaha-dealer controleren. breng dan het voertuig, de codeersleu- tel en beide standaardsleutels naar een Yamaha dealer en laat de stan- Waarschuwingslampje motorstoring daardsleutels opnieuw coderen. “ ”...
Pagina 36
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN hoog of omlaag om de gewenste module of Schakel de registratiefunctie voor het gewenste instellingsitem te markeren Registreren machine-informatie in/uit en druk vervolgens kort op de wielschake- (modellen met CCU). laar (druk de wielschakelaar kort in) om de Geef drie intervallen voor selectie te bevestigen.
Pagina 37
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN dan in één keer op het scherm kunnen worden weergegeven, verschijnt een Dit model gebruikt een variabel tractiecon- schuifbalk om aan te geven dat er ex- trolesysteem. Voor elk instelllingsniveau tra selecties beschikbaar zijn door te geldt dat hoe meer de machine helt, hoe schuiven.
Pagina 38
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN laar), wordt de LCS-indicator wit. OPMERKING LCS werkt samen met het LIF-systeem. Als LIF is uitgeschakeld, kan LCS niet worden gebruikt. QSS kan worden ingesteld op 1, 2 of OFF. Instellingsniveau 1 biedt de snelste schake- lingen, terwijl instellingsniveau 2 vloeiende- 1.
Pagina 39
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN de wielschakelaar om toegang te krij- gen tot het vak en selecteer vervol- 12 : 00 YRC Setting km/h gens de YRC-modus A, B, C of D die A - 1 u wilt aanpassen. A - 2 A - 3 12 : 00...
Pagina 40
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN het symbool “ ” voor fijnafstemming Instellingen van ERS-modus aanpassen van de ERS-modusinstellingen. YRC Setting 12:00 YRC Setting 12 : 00 km/h km/h ERS (YZF-R1M) A - 1 Er zijn drie automatische instellingsmodi: A - 2 A-1, A-2 en A-3.
Pagina 41
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN tussen ( ) aan hoeveel niveaus zijn ge- “Reset” verwijdert de rondetijdrecord. wijzigd op basis van de vooringestelde YRC Setting 12:00 km/h waarde. Wannneer een instellingsitem voor de vering in A-1 of A-2 een verschuiving laat zien, is hetzelfde instellingsitem voor de vering op dezelfde manier ver- schoven in de andere automatische...
Pagina 42
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN worden zowel “Display” als “Reset” OPMERKING weergegeven. 12 : 00 Lap Time GP GPS Als er geen CCU is geïnstalleerd of als de km/h CCU niet goed is aangesloten, kan de mo- Reset ? dule “Logging”...
Pagina 43
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 2. Selecteer het item dat u wilt terugstel- “Eenheid” len. Deze module stelt u in staat om de eenhe- den voor brandstofverbruik in te stellen, en voor sommige markten kan het display wor- den gewisseld tussen kilometers en mijlen. Bij gebruik van kilometers kunnen de een- heden voor brandstofverbruik worden ge- wisseld tussen km/L of L/100km.
Pagina 44
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 5. Selecteer het driehoekssymbool om af 1. Lichtsensor OPMERKING te sluiten. Voor markten met op kilometers gebaseer- Achtergrond instellen de modellen worden alleen “km/L or L/ “Achtergrond” 1. Selecteer “Wallpaper” op het scherm 100km” weergegeven. Met deze module kunt u voor STREET MENU.
Pagina 45
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 3. Selecteer de achtergrondkleur (selec- “Schakelindicator” teer BLACK voor een zwarte achter- De schakelindicatormodule bevat de vol- grond of WHITE voor een witte gende items. achtergrond). Weergave Beschrijving Stel het schakelindicatorpatroon in Shift IND op “ON”, “Flash”, of “OFF”...
Pagina 46
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 4. Selecteer “IND Start”. 6. Selecteer “IND Stop” en draai vervol- Selecteer “Shift IND Brightness”, gebruik gens de wielschakelaar om het toeren- vervolgens de wielschakelaar om de instel- stellen waarbij ling aan te passen. Druk kort op de wiel- schakelindicator dooft.
Pagina 47
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN ven in zwart of wit (afhankelijk van de instel- deze waarde tot de instellingswaarde lingen voor achtergrond). Indien voor “Tach IND 2nd” (of de rode zone ingeschakeld, kunnen de midden- en mid- boven 14000 tpm) worden groen den-tot-hoge tpm-zones worden ingesteld weergegeven.
Pagina 48
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 7. Stel de oranje kleur in voor het begin van de tpm door de wielschakelaar te draaien en vervolgens kort in te druk- ken. Alle tpm boven dit getal tot de rode zone van 14000 tpm worden oranje weergegeven.
Pagina 49
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 12 : 00 LC LCS 1000 r/min × GEAR LATEST 12 34 7890 km/h MODE - 2. DISPLAY-1, DISPLAY-2, DISPLAY-3 5. Selecteer het gewenste item voor de 1. Item voor informatieweergave (TRACK en DISPLAY-4 worden weergegeven. informatieweergave met de wielscha- MODE) 3.
Pagina 50
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN De klok instellen 1. Selecteer “Clock” (klok) in het scherm MENU. 7. Selecteer het driehoekssymbool om af 2. Selecteer het gewenste helderheidsni- te sluiten. Herhaal de procedure vanaf veau door aan de wielschakelaar te stap 3 om de andere weergavegroe- draaien en druk vervolgens kort op de pen in te stellen.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU12821 Koppelingshendel 4. De minuten worden nu gemarkeerd. 6. Druk opnieuw kort op de wielschake- laar om af te sluiten en terug te gaan naar het scherm MENU. 1. Koppelingshendel De koppelingshendel bevindt zich aan de “Alles terugstellen”...
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU67010 DAU67033 OPMERKING Schakelpedaal Remhendel Zie Remsysteem voor meer informatie over de werking van het UBS- en ABS-sy- steem. De remhendel is voorzien van een stelwiel voor de positie van de remhendel. Om de afstand tussen de remhendel en de gas- greep af te stellen, wordt het stelwiel ge- draaid terwijl de hendel van de gasgreep...
Houd altijd een veilige afstand tot voor- zijde van de motorfiets. Trap op het rempe- tact op met uw Yamaha dealer. liggers, zelfs als uw voertuig is uitgerust daal om de achterrem te bekrachtigen. met ABS.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN lijk van de rijpositie en leunhoek van de ma- DAU13075 Tankdop chine. Als alleen het rempedaal wordt bediend, wordt er geen remdruk naar de voorrem gestuurd. Voor maximale remprestaties dient u gelijk- tijdig zowel de remhendel in te knijpen als het rempedaal in te drukken.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN sleutel niet worden uitgenomen als de tank- DAU13222 Brandstof dop niet correct gesloten en vergrendeld is. Controleer of er voldoende brandstof in de DWA11092 brandstoftank aanwezig is. WAARSCHUWING DWA10882 WAARSCHUWING Na het tanken moet de tankdop goed worden aangedraaid.
Controleer voor alle slangen of het uit- ook aan het uitlaatsysteem. einde ervan niet is verstopt en reinig indien nodig. Uw Yamaha motorblok is gebouwd op het Controleer of het uiteinde van alle gebruik van loodvrije superbenzine met een slangen buiten het stroomlijnpaneel is octaangetal van RON 95 of hoger.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU13434 bracht aan de uitlaatkatalysator. DAU66570 Uitlaatkatalysator Zadels Dit model is uitgerust met een uitlaatkataly- sator. Duozadel DWA10863 WAARSCHUWING Verwijderen van het duozadel 1. Steek de sleutel in het zadelslot en Het uitlaatsysteem is heet nadat de mo- draai rechtsom.
Pagina 58
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 1. Uitsteeksel 1. Bout 1. Uitsteeksel 2. Zadelbevestiging 2. Zadelbevestiging 2. Neem de sleutel uit. 2. Breng de bouten aan met de zeskant- sleutel. 3. Plaats de zeskantsleutel terug in de Bestuurderszadel houder. 4. Installeer het duozadel. Verwijderen van het bestuurderszadel 1.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU67153 4. Zoek verbinding met het draadloze CCU (voor modellen met CCU) netwerk “Yamaha Motor Network” De CCU (communicatieregeleenheid) is door het serienummer van de CCU in verbonden met het CAN (controller area te voeren als wachtwoord.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU66920 zonlicht is geplaatst. DAU47261 Opbergruimte voor documenten Achteruitkijkspiegels De achteruitkijkspiegels van dit voertuig kunnen naar voren worden geklapt om het parkeren in smalle ruimten te vergemakke- lijken. Klap de spiegels terug in hun oor- spronkelijke stand voordat u gaat rijden.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU66473 en zo de vering zachter te maken de stel- De voorvork afstellen moer op beide vorkpoten in de richting (b). DCA22471 LET OP Let erop dat u de goudkleurig ge- anodiseerde afwerking niet bescha- digt bij het afstellen van de vering.
Pagina 62
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN pingsinstelmechanisme te controleren en de specificaties dienovereenkomstig aan te passen. Voor YZF-R1M: Dit model is voorzien van de ÖHLINS elek- tronische vering. De ingaande en uitgaande dempingskrach- ten worden elektronisch afgesteld. (Zie ERS op pagina 4-18.) 1.
6. Schuif de rubber afdekking weer naar Breng de schokdemperunit voor elk Verricht de afstelling met de speci- de oorspronkelijke positie. onderhoud naar een Yamaha-dea- ale sleutel in de boordgereed- ler. schapsset. DCA10102 LET OP Probeer nooit voorbij de maximum- of...
Pagina 64
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Veervoorspanning: Minimum (zacht): Afstand A = 77.5 mm (3.05 in) Standaard: Afstand A = 79.0 mm (3.11 in) Maximum (hard): Afstand A = 85.5 mm (3.37 in) 3. Draai de borgmoer vast met het voor- geschreven aanhaalmoment.
Pagina 65
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN ties. Voor YZF-R1M: Dit model is voorzien van de ÖHLINS elek- tronische vering. Ingaande en uitgaande dempingskrach- De ingaande en uitgaande demping worden elektronisch geregeld en afgesteld via het menuscherm. Zie ERS op pagina 4-18 voor 1.
De instelling voor de veervoorspan- DAU67050 EXUP-systeem ning wordt bepaald door de afstand A Dit model is uitgerust met het Yamaha te meten. Hoe groter afstand A, des te EXUP-systeem (regelsysteem voor uitlaat- hoger de veervoorspanning; hoe klei- druk). Dit systeem verhoogt het motorver-...
Contro- leer dit systeem daarom regelmatig en laat het repareren door een Yamaha dea- ler als de werking niet naar behoren is. 4-45...
Pagina 68
Als zich een storing voordoet, vraag dan alvorens 2. De motorstopknop moet in de stand “ ” staan. te gaan rijden een Yamaha dealer het systeem te 3. Draai de sleutel naar aan. controleren. 4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. 5. Druk op de startknop.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU59950 Gelijkstroom kabelstekker voor accessoires DWA12532 WAARSCHUWING Controleer, om een elektrische schok of kortsluiting te voorkomen, of de dop op de gelijkstroomaansluiting is aange- bracht als u de aansluiting niet gebruikt. DCA20090 LET OP 1.
7-14 niveau. • Controleer het koelsysteem op lekkage. • Controleer de werking. • Als de koppeling zacht of sponzig aanvoelt, vraag dan een Yamaha dealer het hydraulisch systeem te ontluchten. • Controleer de remblokken op slijtage. Voorrem • Vervang indien nodig.
Pagina 71
• Controleer de vrije slag van de gasgreep. Gasgreep 7-18, 7-27 • Vraag indien nodig de Yamaha dealer om de vrije slag van de gasgreep af te stellen en de kabel en het kabelhuis te smeren. • Controleer of de werking soepel is.
Pagina 72
• Verwijder vreemde voorwerpen van het rooster indien nodig. Instrumenten, verlichting, • Controleer de werking. signaleringssysteem en — • Corrigeer indien nodig. schakelaars • Controleer de werking van het startspersysteem. Zijstandaardschakelaar • Als het systeem niet correct werkt, vraag dan een Yamaha dealer de machine te 4-45 controleren.
(IMU) die een functie of bedieningselement niet be- De versnellingsbak staat in de vrij- de motor laat afslaan wanneer de ma- grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit- stand. chine kantelt. In dit geval geeft het dis- leg.
Als dit niet ge- die optreden bij belast schakelen. Door de versnellingen te schakelen kunt u beurt, vraag dan een Yamaha dealer het beschikbare motorvermogen doseren het elektrische circuit na te kijken. bij het wegrijden, optrekken, tegen een hel- DAU16682 3.
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE 5. Schakel de versnellingsbak in de DAU58280 DAU16811 Aanbevolen schakelpunten Tips voor een zuinig tweede versnelling. (Let erop dat u de De aanbevolen schakelpunten tijdens op- brandstofverbruik versnellingsbak niet in de vrijstand trekken en afremmen staan vermeld in de zet.) Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk tabel hieronder.
Als u niet bekend bent met voertuigonderhoud, laat het onderhoud dan uitvoeren door uw Yamaha dealer. DWA15123 WAARSCHUWING Zet voor het uitvoeren van onderhoud de...
Voor de correcte uitvoering van bepaalde onderhoudswerkzaamheden is echter het gebruik van extra gereedschap zoals een momentsleutel vereist. OPMERKING Laat een Yamaha dealer onderhoud ver- richten als u niet beschikt over het gereed- schap of de ervaring die voor bepaalde...
Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi). Werkzaamheden gemarkeerd met een asterisk horen te worden uitgevoerd door een Yamaha dealer, omdat hiertoe speciaal gereed- schap, technische gegevens en vakmanschap vereist zijn. DAU46911...
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU1770M Algemeen smeer- en onderhoudsschema KILOMETERSTAND CONTROLE OF JAARLIJKSE ITEM 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km ONDERHOUDSBEURT CONTROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) 1 * Luchtfilterelement •...
Pagina 81
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND CONTROLE OF JAARLIJKSE ITEM 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km ONDERHOUDSBEURT CONTROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) • Controleer op een correcte werking en overmatige speling.
Pagina 82
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND CONTROLE OF JAARLIJKSE ITEM 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km ONDERHOUDSBEURT CONTROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) • Controleer op een correcte 22 * Schokdemperunit werking en olielekkage.
Pagina 83
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18681 OPMERKING Luchtfilter • Het luchtfilter op dit model is voorzien van een geolied papieren filterelement. Reinig dit niet met perslucht, om het niet te bescha- digen. • Het luchtfilterelement moet u vaker vervangen als u vaak in extreem vochtige of stoffige gebieden rijdt. ...
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18713 Stroomlijn- en framepanelen verwijderen en aanbrengen Bij het uitvoeren van sommige onderhouds- werkzaamheden beschreven in dit hoofd- stuk moeten de afgebeelde stroomlijn- en framepanelen worden verwijderd. Neem deze paragraaf door wanneer een stroom- lijn- of framepaneel moet worden verwijderd of aangebracht.
Pagina 85
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN kelijke positie en breng dan de drukclips en Stroomlijnpanelen A en B (voor snelsluitschroeven aan. YZF-R1M) Stroomlijnpaneel C (voor YZF-R1) Verwijderen van een stroomlijnpaneel Verwijder de schroef, flensbus, snelsluit- schroeven en de drukclips en haal dan het Verwijderen van een stroomlijnpaneel stroomlijnpaneel los.
Pagina 86
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN sitie en breng dan de drukclip en de schroef aan. Panelen B en D Verwijderen van een paneel 1. Verwijder stroomlijnpaneel A of B. (Zie pagina 7-8.) 2. Verwijder de schroeven en trek dan het paneel los. 1.
Yamaha dealer. Omdat bougies door verhit- De bougiedop is mogelijk lastig te ver- ting en neerslag altijd langzaam slijten, wijderen omdat de rubber afdichting aan moeten de bougies worden verwijderd en het uiteinde stevig vastzit.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU66532 het carter te laten stromen. Motorolie en oliefilterpatroon Vóór iedere rit moet het motorolieniveau worden gecontroleerd. Verder moet de olie worden ververst en de oliefilterpatroon wor- den vervangen volgens de intervalperioden vermeld in het periodieke smeer- en onder- houdsschema.
Pagina 89
Zorg dat de O-ring correct aanligt. breng dan de olievuldop aan en zet OPMERKING 7. Plaats de nieuwe oliefilterpatroon met deze vast. De Yamaha dealer kan een oliefiltersleutel een oliefiltersleutel en zet hem dan leveren. Aanbevolen motorolie: met een momentsleutel vast met het Geheel synthetisch SAE 10W-40 of voorgeschreven aanhaalmoment.
DCA11621 laat de machine controleren door een DAU20071 Koelvloeistof LET OP Yamaha dealer, zelfs als het olieniveau Voor iedere rit moet het koelvloeistofniveau in orde is. Om het slippen van de koppeling te worden gecontroleerd. Ook moet de koel- voorkomen (de motorolie smeert 11.
Pagina 91
Als er water neel D. (Zie pagina 7-8.) aan de koelvloeistof is toegevoegd, 3. Schuif een opvangbak onder de motor laat dan een Yamaha dealer zo snel om de gebruikte koelvloeistof op te mogelijk het antivriesgehalte van vangen.
Pagina 92
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Mengverhouding antivries/water: Aanbevolen antivries: Hoogwaardige ethyleenglycol anti- vries met corrosieremmers voor alu- minium motoren Hoeveelheid koelvloeistof: Radiator (inclusief alle leidingen): 2.25 L (2.38 US qt, 1.98 Imp.qt) Koelvloeistofreservoir (tot aan de merkstreep voor maximumniveau): 0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt) 1.
Het luchtfilterelement moet worden vervan- Controleer het stationair toerental en laat Ontluchtingsbout: gen volgens de intervalperioden vermeld in het indien nodig door een Yamaha dealer 10 Nm (1.0 m·kgf, 7.2 ft·lbf) het periodieke smeer- en onderhoudssche- bijstellen. ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfil- 15.
Om dit te voorko- latief klein contactoppervlak met het weg- men moet de klepspeling door een Yamaha dek. Het is daarom essentieel om de dealer worden afgesteld volgens de inter- banden te allen tijde in een goede conditie...
Pagina 95
250 kPa (2.50 kgf/cm , 36 psi) Voor elke rit moeten de banden worden ge- aan een Yamaha dealer, die over de Achter: controleerd. Als de bandprofieldiepte op het nodige vakkundige kennis en erva- 290 kPa (2.90 kgf/cm...
Pagina 96
190/55 ZR17M/C (75W) (YZF-R1) komen. 200/55 ZR17M/C (78W) (YZF-R1M) Na uitgebreide tests zijn alleen de hieronder 1. Bandventiel Fabrikant/model: vermelde banden door Yamaha goedge- 2. Bandventielbuis BRIDGESTONE/BATTLAX RA- keurd voor dit model. 3. Bandventieldop met afdichting CING STREET RS10R G PIRELLI/DIABLO SUPERCORSA...
Laat in geval van schade het wiel ven rijden en pas daarna de rijsnel- door een Yamaha dealer vervangen. heid te verhogen. Probeer het wiel nooit zelf te repare- Voordat met hoge snelheid wordt ren, hoe klein de reparatie ook is.
Aan het uiteinde van de remhendel mag geen vrije slag aanwezig zijn. Als er toch De vrije slag van de koppelingshendel dient een vrije slag is, laat dan een Yamaha dea- 10.0–15.0 mm (0.39–0.59 in) te bedragen, ler het remsysteem inspecteren.
De remblokken in de voor- en achterrem ten nét voordat de remmen aangrijpen. Laat moeten worden gecontroleerd op slijtage de remlichtschakelaars indien nodig door volgens de intervalperioden voorgeschre- een Yamaha dealer afstellen. ven in het periodieke smeer- en onder- houdsschema. DAU36891 Remblokken voorrem 1.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN dan een Yamaha dealer de remblokken als DAU22582 Achterrem Controleren van set te vervangen. remvloeistofniveau Controleer alvorens te gaan rijden of de DAU48071 Remblokken achterrem remvloeistof boven de merkstreep voor mi- nimumniveau staat. Meet het remvloeistof- niveau en let erop dat de bovenzijde van het reservoir horizontaal staat.
DAU22733 DAU22762 Remvloeistof verversen Spanning aandrijfketting rubberafdichtingen beschadigd ra- Vraag een Yamaha dealer de remvloeistof De spanning van de aandrijfketting moet ken met lekkage tot gevolg. te verversen volgens de intervalperioden voorafgaand aan elke rit worden gecontro-...
Pagina 102
DAU34318 Om de spanning van de aandrijfketting af te stellen Raadpleeg een Yamaha dealer voordat u de spanning van de aandrijfketting afstelt. 1. Draai de wielasmoer los en draai dan de borgmoeren los aan beide zijden van de achterbrug.
Daarnaast moet de kabel door een Yamaha worden gesmeerd. Vraag een Yamaha smeer- en onderhoudsschema, anders zal dealer worden gesmeerd volgens de inter-...
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU44275 Schakelpedaal DAU23144 Rem- en schakelpedalen Rem- en koppelingshendels controleren en smeren controleren en smeren De werking van het rem- en het schakelpe- De werking van de rem- en de koppelings- daal moet voorafgaand aan elke rit worden hendel moet voorafgaand aan elke rit wor- gecontroleerd en de pedaalscharnierpun- gecontroleerd...
WAARSCHUWING Als de zijstandaard niet soepel omhoog en omlaag beweegt, vraag dan een Yamaha dealer deze te controleren of te repareren. Een slecht functionerende zij- standaard kan het wegdek raken en u af- leiden, waardoor u de controle over de machine kunt verliezen.
Als grond houd deze rechtop. Yamaha dealer te repareren of te contro- speling wordt gevoeld, vraag dan een WAARSCHUWING! Ondersteun de leren. Yamaha dealer het stuursysteem te in- machine zorgvuldig om omvallen specteren of repareren.
Het is echter wel nodig om de accu- draait, vraag dan een Yamaha dealer de kabelverbindingen te controleren en, indien wiellagers te controleren. nodig, vast te zetten.
Om de accu op te laden 3. Kap van startmotorrelais de accu plaatst de sleutel naar Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer 4. Reservezekering ABS-pompmotor “OFF” en sluit vervolgens eerst de de accu te laden als deze ontladen lijkt te positieve kabel en daarna de nega- zijn.
Pagina 109
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 1. Schroef 1. Zekering alarmverlichtingssysteem 1. Zekering ontstekingssysteem 2. Paneel 2. Zekering brandstofinjectiesysteem 2. Zekering signaleringssysteem 3. Zekering elektronische smoorklep 3. ABS ECU-zekering 3. Verwijder de kap van het startmotorre- 4. Backup-zekering 4. Zekering van de ABS-solenoïdeklep lais door deze omhoog te trekken.
Voorgeschreven zekeringen: werkt. Hoofdzekering: 4. Als de zekering direct opnieuw door- 50.0 A brandt, vraag dan een Yamaha dealer Aansluitzekering 1: het elektrisch systeem te controleren. 2.0 A Koplampzekering: 7.5 A Zekering signaleringssysteem: 7.5 A...
Ga met uw motorfiets echter wel naar een Yamaha dealer als re- paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige monteurs aanwezig die beschikken over het benodigde gereedschap en de ervaring en vakkennis om het nodige onderhoud aan de motorfiets correct te verrichten.
Pagina 112
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN geen open vuur of vonken in de omge- ving zijn, inclusief waakvlammen van geisers of ovens. Benzine en benzine- dampen kunnen vlam vatten of explode- ren, met ernstig letsel of schade aan eigendommen tot gevolg. 7-36...
Bedien de elektrische startknop. elektrodenafstand van de bougies af of vervang de bougies. Verwijder de bougies en controleer de elektroden. De motor start niet. Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren. Droog Controleer de compressie. 4. Compressie De motor start niet.
Pagina 114
Controleer het Wacht tot de koelvloeistofniveau in het motor is afgekoeld. reservoir en in de radiator. Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem Het koelvloeistofniveau is te controleren en te repareren als de motor opnieuw in orde. oververhit raakt.
Er kan roestvorming en corrosie matkleurige onderdelen. Raadpleeg een vooral bij spaakwielen of magnesi- optreden, ook al zijn hoogwaardige compo- Yamaha dealer voor advies over wat um wielen. Als dergelijke producten nenten gebruikt. Een roestige uitlaatpijp valt voor producten gebruikt moeten worden...
Pagina 116
Zeelucht en wegenzout waarmee wegen in gingsmiddelen, oplosmiddelen of ter. Gebruik voor extra reiniging Yamaha de winter worden bestrooid hebben in com- thinner, brandstof (benzine), roest- reinigingsmiddel voor windschermen of een...
Pagina 117
OPMERKING De door hitte veroorzaakte verkleurin- DWA11132 Vraag een Yamaha dealer om advies WAARSCHUWING gen op een gedeelte van de uitlaatpijp over de te gebruiken producten. naar de titanium uitlaatdemper zijn ...
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS DAU26183 bilisatoradditief (indien verkrijgbaar) pedalen en van de zijstandaard/mid- Stalling toe om roestvorming in de tank en ach- denbok. teruitgang van de brandstof te voorko- 5. Controleer de bandenspanning, corri- Korte termijn men. geer deze indien nodig en breng dan Stal uw motorfiets steeds op een koele en 3.
Deze identificatienummers zijn nodig voor de kentekenregistratie van het voertuig in uw land en voor het bestellen van reserveon- derdelen bij een Yamaha dealer. VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: 1. Voertuigidentificatienummer 1. Serienummer motorblok Het voertuigidentificatienummer is ingesla- Het motorblokserienummer is ingeslagen in gen op de balhoofdbuis.
Pagina 123
1. Modelinformatiesticker De modelinformatiesticker is onder het duo- zadel bevestigd aan het frame. (Zie pagina 4-35.) Noteer de informatie op deze sticker in het daartoe bestemde vakje. Deze informatie is nodig om reserve-onderdelen te bestellen bij een Yamaha dealer. 10-2...