Lees deze handleiding aandachtig door voordat u deze machine gaat gebruiken. Deze handleiding dient bij de machine te blijven als deze wordt verkocht. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD. YAMAHA MOTOR ELECTRONICS CO., LTD. 1450-6, Mori, Mori-machi, Shuchi-gun, Shizuoka-ken, 437-0292 Japan...
Welkom in de wereld van Yamaha! Als eigenaar van de XT1200ZE profiteert u van de enorme ervaring en technische kennis van Yamaha op het gebied van het ontwerpen en fabriceren van hoogwaardige producten, waarmee Yamaha zijn reputatie van betrouwbaarheid heeft verworven.
BELANGRIJKE INFORMATIE IN DE HANDLEIDING DAU10134 Bijzonder belangrijke informatie is in deze handleiding gemarkeerd met de volgende aanduidingen: Dit is het Safety Alert-symbool. Het wordt gebruikt om u te waarschuwen voor risico’s op persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsaanwijzingen bij dit symbool op om mogelijk letsel of overlijden te voorkomen.
INHOUDSOPGAVE VEILIGHEIDSINFORMATIE....1-1 De hoogte van het Stroomlijnpanelen verwijderen en bestuurderszadel verstellen..3-33 aanbrengen ......... 6-8 BESCHRIJVING ........ 2-1 Kuipruit..........3-35 Controleren van de bougies ..6-10 Aanzicht linkerzijde......2-1 De voor- en achtervering Motorolie en oliefilterpatroon..6-11 Aanzicht rechterzijde ...... 2-2 afstellen ........3-36 Cardanolie ........
Pagina 7
INHOUDSOPGAVE Achterbrugscharnierpunten smeren ........6-27 Voorvork controleren.....6-27 Stuursysteem controleren .....6-28 Controleren van wiellagers....6-28 Accu ..........6-28 Zekeringen vervangen ....6-30 Koplampgloeilamp vervangen..6-31 Parkeerlichtgloeilamp vervangen ........6-33 Richtingaanwijzer en achterlicht/remlicht ....6-35 Gloeilamp kentekenverlichting vervangen ........6-35 Problemen oplossen .....6-36 Storingzoekschema’s....6-37 VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS ......7-1 Matkleur, let op .......7-1 Verzorging ........7-1 Stalling..........7-4...
VEILIGHEIDSINFORMATIE DAU1031C meerd instructeur. Neem contact op • Wees extra voorzichtig bij het nade- met een bevoegde motorfietsdealer ren en passeren van kruisingen, voor informatie over rijlessen bij u in daar doen ongelukken met motor- Wees een verantwoordelijke eigenaar de buurt. fietsen zich namelijk het meest Als eigenaar van de machine bent u verant- voor.
Pagina 9
VEILIGHEIDSINFORMATIE Draag altijd beschermende kleding • We raden aan om het motorrijden te handen vast te houden en beide oefenen op plekken waar geen ver- voeten op de passagiersvoetsteu- die uw benen, enkels en voeten be- keer is, totdat u grondig bekend nen te houden.
Pagina 10
Hieronder volgen naast de informatie over ceren. Om die reden kan Yamaha acces- bevestigingspunten voor accessoires accessoires enkele richtlijnen voor het be- soires die niet door Yamaha zijn verkocht of en bagage regelmatig. laden van uw motorfiets: wijzigingen die niet door zijn Yamaha zijn •...
Pagina 11
• Accessoires die aan of nabij het het elektrisch systeem van de motor- ginele Yamaha accessoires, dient u te be- stuur of de voorvork zijn gemon- fiets te boven gaan, kan zich een ge-...
Pagina 12
VEILIGHEIDSINFORMATIE Zorg dat het voorwiel recht naar voren wijst op de aanhanger of de laadvloer en zet het wiel vast in een goot om be- weging te voorkomen. Schakel een versnelling in (bij model- len met een handgeschakelde ver- snellingsbak).
Breng het voer- Stel de sleutels nooit bloot aan ex- tuig daarom met alle drie sleutels naar een Yamaha dealer om deze opnieuw te laten treem hoge temperaturen. Leg de sleutels nooit vlakbij magne- coderen. Gebruik de sleutel met het rode...
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU10473 parkeerlichten gaan branden en de motor Om het stuur te vergrendelen Contactslot/stuurslot kan worden gestart. De sleutel kan niet worden uitgenomen. OPMERKING De koplampen gaan automatisch branden als de motor wordt gestart en blijven aan totdat de sleutel naar “OFF”...
LET OP een op wanneer u de sleutel naar “ON” draait of blijft het lampje branden, laat het Als u de alarmverlichting of de richting- elektrisch circuit dan door een Yamaha aanwijzers langdurig gebruikt, kan dit de dealer controleren. accu ontladen.
Pagina 19
2.5 seconden. Als dit zich voor- Het elektrisch circuit voor het waarschu- rijden wingslampje controleert u door de sleutel doet, vraag dan een Yamaha dealer niet uitgaat wanneer met een snelheid de machine te controleren. naar “ON” te draaien. Het waarschu-...
Pagina 20
“ON” wordt gedraaid of blijft bran- of als het waarschuwingslampje tijdens stelbaar veringsysteem “ ” den, vraag dan uw Yamaha dealer om het het rijden gaat branden of knipperen, Dit waarschuwingslampje gaat branden als elektrisch circuit na te zien.
(62 mi/h), in de 4 versnelling bij snel- blijft het lampje branden, laat het elektrisch heden tussen ongeveer 50 km/h (31 mi/h) circuit dan door een Yamaha dealer contro- en 150 km/h (93 mi/h), of in de 5 of 6 ver- leren.
Pagina 22
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Cruise control activeren en instellen U kunt de rijsnelheid ook handmatig verho- Druk op de aan-uitschakelaar om de cruise 1. Druk op de aan-uitschakelaar voor de gen met de gasgreep. Nadat u gas hebt ge- control zetten.
Pagina 23
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Wanneer u heuvelafwaarts rijdt met de ongeveer 50 km/h (31 mi/h) en 150 Als u rijdt met een ingestelde kruissnelheid km/h (93 mi/h), of in de 5 of 6 ver- en de cruise control wordt uitgeschakeld machine, kan de werkelijke rijsnelheid snelling bij snelheden tussen onge- onder de bovenstaande omstandigheden,...
“ ”. Scha- ter regelen of wijzigen. kel in dat geval cruise control uit en laat hem nakijken door een Yamaha dealer. 1. “RESET”-toets 2. Toets “TCS” DCA11591 LET OP 3. Klok 4.
Pagina 25
Laat de motor niet draaien in de hoge- teerd, gaan alle displaysegmenten toerenzone van de toerenteller. knipperen. Vraag in dat geval een Yamaha Hogetoerenzone: 7750 tpm en hoger dealer het elektrisch circuit te testen. 3-10...
Pagina 26
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Eco-controlelampje Aanduiding ingeschakelde versnelling Rijmodusweergave GEAR A.TEMP ˚C C.TEMP ˚C TIME TRIP 0:00 1. Eco-controlelampje “ECO” 1. Vrijstandcontrolelampje “ ” 1. Rijmodusweergave 2. Aanduiding ingeschakelde versnelling Dit controlelampje gaat aan wanneer de Deze weergave geeft aan welke rijmodus is machine wordt gebruikt op een milieuvrien- Deze aanduiding geeft aan welke versnel- geselecteerd: Toermodus “T”...
Pagina 27
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Deze weergave geeft aan welke modus van De volgende pagina’s bevatten uitleg over de tractieregeling is geselecteerd: “1”, “2” de functies voor handvatverwarming en in- of “OFF”. Zie voor meer informatie over de formatieweergave. Zie pagina 3-36 voor modi en hoe u deze kunt selecteren pagina een uitleg over de afstelfuncties voor veer- 3-28.
Pagina 28
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DCA17931 Er zijn 3 informatieweergaven. U kunt de Rittellerweergaven: LET OP geselecteerde informatieweergave wijzigen door te drukken op de selectieschakelaar. Draag handschoenen wanneer u de TRIP-1 De volgende items worden getoond in de handvatverwarming gebruikt.
Pagina 29
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Weergave geschatte actieradius: Weergave luchtaanzuigtemperatuur: GEAR RANGE A.TEMP ˚C De afstand die u onder de huidige rijom- weergave luchtaanzuigtemperatuur standigheden kunt afleggen met de reste- geeft de temperatuur aan van de lucht die TRIP-F rende brandstof in de brandstoftank wordt het luchtfilterhuis wordt binnengezogen.
Pagina 30
Bij storingen wordt continu “– –.–” weer- GEAR weergave voor het laatst is teruggezet. gegeven. Vraag een Yamaha dealer de De weergave “km/L” geeft de gemid- machine te controleren. delde afstand aan die kan worden af- gelegd op 1.0 L brandstof.
Pagina 31
Bij storingen wordt continu “– –.–” weer- den weergegeven is 99:59. Houd de menuschakelaar “MENU” ten Als de tijdweergaven 99:59 gegeven. Vraag een Yamaha dealer de bereiken, worden deze au- minste 2 seconden ingedrukt om de instel- machine te controleren.
Pagina 32
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 4. Gebruik de selectieschakelaar om Met deze functie regelt u “Middle” of “Low” te markeren en wij- de helderheid van het pa- Grip Warmer neel voor de multifunctio- Brightness zig vervolgens de instelling met de- nele meter, afgestemd op Hi g h zelfde procedure die u hebt gebruikt...
Pagina 33
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN “TIME–2” en “TIME–3” controleren en te- 3. Terwijl het geselecteerde item knip- rugzetten op nul pert, houdt u de toets “RESET” ten MENU 1. Gebruik de selectieschakelaar om minste 2 seconden ingedrukt. Grip Warmer “Time Trip”...
Pagina 34
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 4. Gebruik de selectieschakelaar om “km” of “mile” te selecteren en druk Unit Unit vervolgens op de menuschakelaar “MENU”. km or mile km or mile OPMERKING Wanneer “km” is geselecteerd, kunt u km/L or L/100km km/L or L/100km “L/100km”...
Pagina 35
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN De helderheid van het meterpaneel instel- Display Display-1 1. Gebruik de selectieschakelaar om “Brightness” te markeren. Display-1 Display-2 MENU Display-3 C.TEMP Grip Warmer Maintenance TIME TRIP Time Trip Unit Display 3. Gebruik de selectieschakelaar om het 5.
Pagina 36
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN De klok instellen 5. Gebruik de selectieschakelaar om de 1. Gebruik de selectieschakelaar om minuten in te stellen. All Reset “Clock” te markeren. 6. Druk op de menuschakelaar “MENU” om terug te keren naar het instelmo- dusmenu.
3-24 voor uitleg over de rijmodusschake- geeft, noteer deze dan en vraag een gestart. laar.) Yamaha dealer om de machine te controle- ren. 2. Als de motor start, zet deze dan weer Het zelfdiagnosesysteem detecteert ook uit en probeer hem opnieuw te starten storingen in de circuits van het startblok- met de standaardsleutels.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Sportmodus “S” DAU1234H Rechts Stuurschakelaars Vergeleken met de toermodus biedt deze modus een sportievere motorrespons in Links het lage- en middelhogetoerenbereik. 1. Startschakelaar/noodstopschakelaar “ ” 2. Rijmodusschakelaar “MODE” 1. Menuschakelaar “MENU” 3. Schakelaar alarmverlichting “ ”...
Pagina 39
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN terug naar de middenstand. Om de rich- DAU12735 DAU54221 Schakelaar alarmverlichting “ ” Selectieschakelaar “ ” tingaanwijzers uit te schakelen wordt de Met de sleutel in de stand “ON” of “ ” Deze schakelaar wordt gebruikt om selec- schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge- kan deze schakelaar worden gebruikt voor ties te maken in de functieweergave en in-...
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU12831 houden. Controleer of het correcte instel- DAU12872 Koppelingshendel Schakelpedaal punt op het stelwiel tegenover het pijlteken op de koppelingshendel staat. De koppelingshendel is voorzien van een sperschakelaar die deel uitmaakt van het startspersysteem. (Zie pagina 3-42.) 1.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU49518 nog steeds actief. Verder inknijpen Remhendel van de remhendel leidt niet tot een De remhendel bevindt zich aan de rechter- grotere remkracht van de achterrem, zijde van het stuur. Trek de hendel naar de dus bekrachtig de achterrem als meer gasgreep toe om de voorrem te bekrachti- remkracht vereist is (zoals bij parkeren...
Er is echter speciaal gereedschap vereist, dus neem con- Houd altijd een veilige afstand tot voor- OPMERKING tact op met uw Yamaha dealer. liggers, zelfs als uw voertuig is uitgerust Er kunnen weerstand en trillingen voelbaar met ABS.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU58942 Rijd altijd voorzichtig op oppervlakken Tractieregeling die mogelijk glad kunnen zijn en vermijd De tractieregeling draagt bij aan het behou- bijzonder gladde oppervlakken. den van grip bij het optrekken op gladde oppervlakken, zoals onverharde of natte De tractieregeling kent drie modi: ...
Pagina 44
Terugstellen van de tractieregeling. Het aanbrengen zo snel mogelijk nakijken door uw Yamaha De tractieregeling wordt uitgeschakeld in van wijzigingen tijdens het rijden kan u dealer. de volgende omstandigheden: afleiden en vergroot het risico op een ...
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU13075 DAU13222 Tankdop OPMERKING Brandstof De tankdop kan alleen worden gesloten Controleer of er voldoende brandstof in de met de sleutel in het slot. Bovendien kan de brandstoftank aanwezig is. sleutel niet worden uitgenomen als de tank- DWA10882 WAARSCHUWING dop niet correct gesloten en vergrendeld is.
Pagina 46
4. Draai de tankdop stevig vast. en ook aan het uitlaatsysteem. DWA15152 WAARSCHUWING Uw Yamaha motorblok is gebouwd op het Benzine is giftig en kan letsel of overlij- gebruik van loodvrije superbenzine met een den veroorzaken. Spring zorgvuldig om octaangetal van RON 95 of hoger. Als de met benzine.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU51152 DAU13434 DCA10702 Tankbeluchtingsslang en over- Uitlaatkatalysator LET OP loopslang Dit model is uitgerust met een uitlaatkataly- Gebruik uitsluitend loodvrije benzine. Bij sator. gebruik van loodhoudende benzine zal DWA10863 onherstelbare schade worden toege- WAARSCHUWING bracht aan de uitlaatkatalysator.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU49444 DAU49475 Bestuurderszadel De hoogte van het bestuurders- zadel verstellen Verwijderen van het bestuurderszadel Het bestuurderszadel kan in twee verschil- 1. Steek de sleutel in het zadelslot en lende standen worden gezet, al naar gelang draai linksom.
Pagina 49
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 4. Steek het uitsteeksel aan de achterzij- de van het bestuurderszadel in zadel- bevestiging A zoals getoond. 1. Afsteller hoogte bestuurderszadel 1. Afsteller hoogte bestuurderszadel 3. Plaats de afsteller voor de zadelhoog- 3. Plaats de afsteller voor de zadelhoog- te zo dat het referentiemerkteken is te zo dat het referentiemerkteken is 1.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN 4. Steek het uitsteeksel aan de achterzij- DAU58982 Kuipruit de van het bestuurderszadel in zadel- Al naar gelang de voorkeur van de bestuur- bevestiging B zoals getoond. der kan de kuipruit in vier verschillende standen worden gezet.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Wanneer u de voorspanningsinstelling DAU55424 De voor- en achtervering afstel- wijzigt, worden ook de veerdempin- gen van de voor- en achtervering Dit model is uitgerust met een elektronisch overeenkomstig aangepast. verstelbaar veringsysteem. De voorspan- “Veerdemping”...
Pagina 52
• Als het waarschuwingslampje elek- tronisch verstelbaar veringsysteem blijft branden, moet u het veringsy- steem laten controleren door een Yamaha-dealer. De voorspanning afstellen 1. Draai de sleutel naar “ON”, start de motor en zet de versnellingsbak ver- volgens in de vrijstand.
Pagina 53
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Als u de voorspanning herhaaldelijk afstelt, gaat het pictogram voor de voorspanningsinstelling 4 maal knip- GEAR GEAR GEAR GEAR peren en kunt u de voorspanning niet afstellen. Wacht ongeveer 6 minuten totdat de motor van de afstelfunctie voor de voorspanning is afgekoeld en probeer de voorspanning vervolgens opnieuw af te stellen.
Pagina 54
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN demping nauwkeurig wilt afstellen, kunt u Zorg dat de voorspanning juist is ingesteld elke veerdempingsinstelling instellen op 7 voordat u de veerdemping gaat afstellen. GEAR verschillende niveaus. De veerdemping en het niveau voor de GEAR veerdempingsinstelling afstellen HARD...
Raadpleeg voor het gebruik van de extra nen en blijf er verder vanaf. Als de machine beweegt terwijl u de veer- bagagedrager uw Yamaha dealer. Stel de schokdemperunit niet bloot demping afstelt, schakelt de informatie- aan open vuur of een andere hitte- Standaardbagagedrager weergave naar de weergavemodus.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN Extra bagagedrager DCA16822 DAU49491 Bagageriembevestiging LET OP Til de machine niet op aan een bagage- drager. 1. Extra bagagedrager 1. Bagageriembevestiging DWA15482 WAARSCHUWING Er zijn vier bagageriembevestigingspunten Overschrijd het maximumlaadge- aangebracht onder het duozadel. wicht van 205 kg (452 lb) voor de machine niet.
DAU54491 Zijstandaard Startspersysteem een Yamaha dealer als de werking niet De zijstandaard bevindt zich aan de linker- Het startspersysteem (waarvan de zijstan- naar behoren is. zijde van het frame. Trek of druk de zijstan-...
Pagina 58
3. Draai de sleutel naar aan. ● Als zich een storing voordoet, vraag dan 4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. alvorens te gaan rijden een Yamaha dealer 5. Druk op de “ ”-zijde van de startschakelaar/noodstopschakelaar. het systeem te controleren. Start de motor? De vrijstandschakelaar werkt mogelijk niet goed.
WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN DAU49453 Gebruiken van het gelijkstroom aansluit- Gelijkstroom aansluitcontact contact voor accessoires voor accessoires 1. Draai de sleutel naar “OFF”. DWA14361 2. Verwijder het deksel van het aansluit- WAARSCHUWING contact. Om een elektrische schok of kortsluiting te voorkomen, dient u te controleren of de dop op het gelijkstroom aansluitcon- tact is aangebracht als het contact niet...
Onvoldoende inspectie of onderhoud van de machine vergroot het risico op ongeval of schade. Rijd niet met de machine als u een probleem hebt gevonden. Als een probleem niet kan worden opgelost via de procedures in deze handleiding, laat de machi- ne dan nazien door een Yamaha dealer. Controleer voor het gebruik van deze machine de volgende punten:...
Pagina 61
• Controleer de vrije slag van de gasgreep. Gasgreep 6-17, 6-24 • Vraag indien nodig de Yamaha dealer om de vrije slag van de gasgreep af te stel- len en de kabel en het kabelhuis te smeren. • Controleer op schade.
Pagina 62
• Zet indien nodig vast. Instrumenten, verlichting, • Controleer de werking. signaleringssysteem en — • Corrigeer indien nodig. schakelaars • Controleer de werking van het startspersysteem. Zijstandaardschakelaar • Als het systeem niet correct werkt, vraag dan een Yamaha dealer de machine te 3-42 controleren.
De versnellingsbak staat in de vrij- een functie of bedieningselement niet be- motor afslaat bij kanteling. In dit geval grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit- stand. geeft het display foutcode 30 weer, De versnellingsbak staat in een ver- leg.
2. Schakel de versnellingsbak in de vrij- malen ingetrapt totdat het einde van de stand. Het vrijstandcontrolelampje slag bereikt is, waarna het pedaal iets moet gaan branden. Als dit niet ge- wordt opgetrokken. beurt, vraag dan een Yamaha dealer het elektrische circuit na te kijken.
GEBRUIK EN BELANGRIJKE RIJ-INFORMATIE DCA10261 DAU16811 DAU16842 Tips voor een zuinig brandstof- Inrijperiode LET OP verbruik De belangrijkste periode in de levensduur Rijd niet lange tijd met afgezette van het motorblok is de tijd tussen 0 en Het brandstofverbruik is vooral afhankelijk motor, ook niet met de versnel- 1600 km (1000 mi).
Yamaha dealer. nen oplopen. Parkeer nooit op een helling of een zachte ondergrond, hierdoor kan de machine kantelen met mogelijk brandstoflekkage en brand tot ge- volg.
OPMERKING Laat een Yamaha dealer onderhoud ver- richten als u niet beschikt over het gereed- 1. Boordgereedschapsset schap of de ervaring die voor bepaalde De boordgereedschapsset is te vinden werkzaamheden vereist zijn.
Herhaal de onderhoudsintervallen vanaf 50000 km (30000 mi), beginnend vanaf 10000 km (6000 mi). Werkzaamheden gemarkeerd met een asterisk horen te worden uitgevoerd door een Yamaha dealer, omdat hiertoe speciaal ge- reedschap, technische gegevens en vakmanschap vereist zijn.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU1770K Algemeen smeer- en onderhoudsschema KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) √ 1 * Luchtfilterelement •...
Pagina 71
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) • Controleer de lagers op speling of √...
Pagina 72
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) • Controleer op een correcte wer- √...
Pagina 73
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN KILOMETERSTAND JAARLIJK- CONTROLE OF ONDERHOUDS- ITEM SE CON- 1000 km 10000 km 20000 km 30000 km 40000 km BEURT TROLE (600 mi) (6000 mi) (12000 mi) (18000 mi) (24000 mi) • Controleer de werking. • Controleer de vrije slag van de gasgreep en stel deze indien no- √...
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU18782 Stroomlijnpanelen verwijderen en aanbrengen Bij het uitvoeren van sommige onder- houdswerkzaamheden die in dit hoofdstuk worden beschreven, moeten de afgebeel- de stroomlijnpanelen worden verwijderd. Neem deze paragraaf steeds door wanneer u een stroomlijnpaneel moet verwijderen of aanbrengen.
Pagina 75
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 2. Breng de drukclips aan. Stroomlijnpaneel B Verwijderen van stroomlijnpaneel 1. Verwijder stroomlijnpaneel A. 2. Verwijder de bouten en de drukclips en haal dan het stroomlijnpaneel los. 1. Drukclip 1. Stroomlijnpaneel C 2. Moer 3. Bout Aanbrengen van het stroomlijnpaneel 1.
Yamaha dealer. Omdat bougies door ver- hitting en neerslag altijd langzaam slijten, moeten de bougies worden verwijderd en gecontroleerd volgens de tijden genoemd in het periodieke smeer- en onderhouds- schema.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN verder te draaien. De bougie moet echter DAU49504 Motorolie en oliefilterpatroon zo snel mogelijk naar het juiste aanhaalmo- Vóór iedere rit moet het motorolieniveau ment worden aangedraaid. worden gecontroleerd. Verder moet de olie worden ververst en de oliefilterpatroon DCA10841 LET OP worden vervangen volgens de intervalperi-...
Pagina 78
1. Olieaftapplug (oliereservoir) OPMERKING OPMERKING 2. Pakking Sla de stappen 7–11 over als de oliefilterpa- De Yamaha dealer kan een oliefiltersleutel troon niet wordt vervangen. leveren. 5. Zet een olieopvangbak onder de mo- tor om de gebruikte olie op te vangen.
Pagina 79
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Aanhaalmoment: OPMERKING Oliefilterpatroon: Veeg enige gemorste olie af nadat de motor 17 Nm (1.7 m·kgf, 12 ft·lbf) en het uitlaatsysteem zijn afgekoeld. 11. Breng het stroomlijnpaneel aan. DCA11621 12. Monteer de olieaftappluggen met hun LET OP nieuwe pakking en zet de pluggen ...
OPMERKING Aanbevolen cardanolie: olie en de aftapplug van de cardanolie Het koelvloeistofniveau moet worden Originele Yamaha cardanolie SAE met hun pakkingen om de olie uit het gecontroleerd terwijl de motor koud 80W-90 API GL-5 of SAE 80 API cardanhuis af te tappen.
Pagina 82
Als er water aan de koelvloeistof is toegevoegd, laat dan een Yamaha dealer zo snel mo- gelijk het antivriesgehalte van de koelvloeistof controleren om te voorkomen dat de effectiviteit van de koelvloeistof afneemt.
Het luchtfilterelement moet worden vervan- Controleer het stationair toerental en laat controleren gen volgens de intervalperioden vermeld in het indien nodig door een Yamaha dealer het periodieke smeer- en onderhoudssche- bijstellen. ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfil- Stationair toerental: terelement te vervangen.
225 kPa (2.25 kgf/cm2, 33 psi) motorgeluid toeneemt. Om dit te voorko- latief klein contactoppervlak met het weg- Achter: men moet de klepspeling door een Yamaha dek. Het is daarom essentieel om de 250 kPa (2.50 kgf/cm2, 36 psi) dealer worden afgesteld volgens de inter-...
Pagina 85
Scheuren band scheurtjes vertoont, moet de band aan een Yamaha dealer, die over de in het rubber van het loopvlak en de wang nodige vakkundige kennis en erva-...
Bij andere banden is het risico op schadiging. Laat in geval van schade een klapband bij zeer hoge rijsnel- het wiel door een Yamaha dealer ver- Na uitgebreide tests zijn alleen de hieron- heden niet denkbeeldig. vangen. Probeer het wiel nooit zelf te der vermelde banden door Yamaha goed- ...
Aan het uiteinde van de remhendel mag geen vrije slag aanwezig zijn. Als er toch een vrije slag is, laat dan een Yamaha dea- ler het remsysteem inspecteren. DWA14212 WAARSCHUWING Een zacht of sponzig gevoel in de rem- hendel kan betekenen dat er lucht in het hydraulisch systeem aanwezig is.
DAU22283 DAU22393 tage-indicator de remschijf bijna raakt, Remlichtschakelaars Controleren van voor- en achter- vraag dan een Yamaha dealer de remblok- Het remlicht, dat wordt geactiveerd door remblokken ken als set te vervangen. het rempedaal en de remhendel, moet op- De remblokken in de voor- en achterrem lichten nét voordat de remmen aangrijpen.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN Gebruik uitsluitend de aanbevolen DAU40262 Achterrem Controleren van remvloeistofni- remvloeistof, anders kunnen de veau rubberafdichtingen beschadigd ra- Controleer alvorens te gaan rijden of de ken met lekkage tot gevolg. Vul bij met hetzelfde type remvloei- remvloeistof boven de merkstreep voor mi- nimumniveau staat.
Yamaha versen greep en gaskabel dealer om een inspectie alvorens verder te Vraag een Yamaha dealer de rem- en de De werking van de gasgreep hoort vooraf- rijden. koppelingsvloeistof te verversen volgens gaand aan elke rit te worden gecontroleerd.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU44275 DAU43602 Aanbevolen smeermiddel: Rem- en schakelpedalen contro- Rem- en koppelingshendels con- Lithiumvet leren en smeren troleren en smeren De werking van het rem- en het schakelpe- De werking van de rem- en de koppelings- daal moet voorafgaand aan elke rit worden hendel moet voorafgaand aan elke rit wor- gecontroleerd en de pedaalscharnierpun- gecontroleerd...
DWA10742 WAARSCHUWING Als de middenbok of de zijstandaard niet soepel omhoog en omlaag beweegt, vraag dan een Yamaha dealer deze te controleren of te repareren. Een slecht functionerende middenbok of zijstan- daard kan het wegdek raken en u aflei- den, waardoor u de controle over de machine kunt verliezen.
Yamaha dealer Yamaha dealer te repareren of te con- WAARSCHUWING! Ondersteun de volgens de intervalperioden vermeld in het troleren. machine zorgvuldig om omvallen periodieke smeer- en onderhoudsschema.
A. (Zie pagina 6-8.) te inspecteren of repareren. draait, vraag dan een Yamaha dealer de Dit model is voorzien van een VRLA (Valve wiellagers te controleren. Regulated Lead Acid)-accu. De elektrolyt...
Pagina 95
Om de accu op te laden controleerd; laad de accu dan indien Vraag zo snel mogelijk een Yamaha dealer nodig steeds volledig bij. de accu te laden als deze ontladen lijkt te 3. Laad de accu volledig bij alvorens te zijn.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU58961 2. Verwijder de doorgebrande zekering Zekeringen vervangen en breng een nieuwe zekering met de De zekeringenkastjes en de zekering van voorgeschreven ampèrewaarde aan. de ABS-motor bevinden zich achter WAARSCHUWING! Gebruik geen stroomlijnpaneel A, en de hoofdzekering, zekeringen met een hogere ampe- de cruise-controlzekering en de remlichtze- rage dan aanbevolen om ernstige...
7.5 A Koplampgloeilamp 4. Als de zekering direct opnieuw door- Zekering ontstekingssysteem: brandt, vraag dan een Yamaha dealer Raak het glas van de koplampgloei- 20.0 A het elektrisch systeem te controleren. lamp niet aan zodat dit vetvrij blijft,...
Pagina 98
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 6. Monteer de gloeilampkap door deze rechtsom te draaien. 7. Vraag indien nodig een Yamaha dea- ler de koplamplichtbundel af te stel- len. 1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan. 1. Koplampstekker 1. Verwijder de gloeilampkap door deze 3.
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN DAU58971 Parkeerlichtgloeilamp vervangen Dit model is voorzien van twee parkeerlich- ten. Vervang een parkeerlichtgloeilamp als volgt als deze is doorgebrand. 1. Verwijder de kuipruit door de schroe- ven los te halen. 1. Kap 1. Kap van koplampunit 2.
Pagina 100
PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN 1. Koplampdraad 1. Parkeerlichtgloeilamp 14. Monteer de kuipruit door de schroe- ven aan te brengen en zet deze dan 6. Verwijder de fitting van de parkeer- 8. Steek een nieuwe gloeilamp in de fit- vast met het voorgeschreven aanhaal- lichtgloeilamp (samen met de gloei- ting.
LED-type. Als een richtingaanwijzer of het achter- licht/remlicht niet gaat branden, vraag dan een Yamaha-dealer het elektrisch circuit te testen. 1. Gloeilampfitting kentekenverlichting 3. Verwijder de defecte gloeilamp door deze uit te trekken.
Ga met uw motorfiets echter wel naar een Yamaha dealer als re- paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige monteurs aanwezig die beschikken over het benodigde gereedschap en de ervaring en vakkennis om het nodige onderhoud aan de motorfiets correct te verrichten.
Verwijder de bougies en controleer de elektroden. De motor start niet. Droog Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren. Controleer de compressie. 4. Compressie De motor start niet. Er is compressie.
Controleer het Wacht tot de koelvloeistofniveau in het motor is afgekoeld. reservoir en in de radiator. Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het koelsysteem Het koelvloeistofniveau is te controleren en te repareren als de motor opnieuw in orde. oververhit raakt.
Er kan roestvorming en corrosie matkleurige onderdelen. Raadpleeg een vooral bij spaakwielen. Als dergelij- optreden, ook al zijn hoogwaardige com- Yamaha dealer voor advies over wat ke producten toch worden gebruikt ponenten gebruikt. Een roestige uitlaatpijp voor producten gebruikt moeten worden...
Pagina 106
Gebruik voor extra reiniging Yamaha Zeelucht en wegenzout waarmee wegen in Bij motorfietsen met een kuipruit: reinigingsmiddel voor windschermen of de winter worden bestrooid hebben in Gebruik geen bijtende reinigings- een ander hoogwaardig reinigingsproduct.
Pagina 107
7. Laat de motorfiets volledig drogen al- vorens deze te stallen of af te dekken. OPMERKING DWA11132 Vraag een Yamaha dealer om advies WAARSCHUWING over de te gebruiken producten. Verontreiniging van de remmen of ban- Door wassen, regenachtig weer of een...
VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS DAU49592 2. Vul de brandstoftank en voeg een sta- 4. Smeer alle bedieningskabels Stalling bilisatoradditief (indien verkrijgbaar) scharnierpunten van alle hendels en toe om roestvorming in de tank en pedalen en van de zijstandaard/mid- Korte termijn achteruitgang van de brandstof te denbok.
Deze identificatie- nummers zijn nodig voor de kentekenregi- stratie van het voertuig in uw land en voor het bestellen van reserveonderdelen bij een Yamaha dealer. VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER: 1. Voertuigidentificatienummer 1. Serienummer motorblok Het voertuigidentificatienummer is ingesla- Het motorblokserienummer is ingeslagen in gen op de balhoofdbuis.
Pagina 113
GEBRUIKERSINFORMATIE De modelinformatiesticker is onder het be- stuurderszadel bevestigd aan het frame. (Zie pagina 3-33.) Noteer de informatie op deze sticker in het daartoe bestemde vakje. Deze informatie is nodig om reserve-onder- delen te bestellen bij een Yamaha dealer.