Het gebruik van niet-aanbevolen materialen
of lak bij reparaties aan de achterbumper kan
een nadelig effect hebben op de werking van
de achtersensoren. Gebruik alleen aanbevolen
materialen.
Het bestuurdersassistentiesysteem achter omvat de func-
ties Dodehoekdetectie (BSD), Rijstrookwisselhulp (LCA)
en Waarschuwing kruisend verkeer achter (RCTA).
De bestuurdersassistentiemodules achter zitten achter op
elke kant van de auto. Ze kunnen helpen bij het waarne-
men van voertuigen achter of naast uw auto.
De waarschuwingslampjes ter ondersteuning van dit sy-
steem zitten in de buitenspiegelglazen links en rechts. Ze
gaan branden of knipperen om te waarschuwen voor een
naderend object of voertuig om u te helpen de auto veilig
te manoeuvreren.
Starten en rijden
Let op: De radar moet worden gekalibreerd op nieuwe
voertuigen of voor voertuigen waarbij een detecteren-
de radarsensor achter is vervangen. De radarsensoren
voor detectie achter hebben een automatische kali-
bratiefunctie om installatiefouten binnen een bepaald
bereik te kunnen compenseren. Wanneer het voertuig
rijdt, gaat de radar automatisch naar de kalibratie-
stand. Tijdens het kalibreren werkt het systeem beper-
kt en is het alarm mogelijk onnauwkeurig. Na voltooi-
en van de kalibratie hervat het systeem alle functies.
4
217