Probeer NIET op te laden als de oplaadconne-
ctor en -stekker nat zijn.
Houd de oplaadconnector en de oplaadstek-
ker altijd schoon en droog. Zorg ervoor dat u
de oplaadkabel bewaart in een toestand zon-
der water of vocht.
Gebruik alleen de juiste oplader om de elek-
trische auto op te laden. Bij gebruik van een
andere configuratie van oplader of connector
kunnen er storingen ontstaan.
Laat de oplaadconnector niet vallen. Hierdoor
kan deze beschadigd raken.
STOP onmiddellijk met opladen of ontladen
als u iets abnormaals constateert, zoals von-
ken, brand of rook.
168
Starten en rijden
Houd altijd de handgreep of stekker van de
oplaadconnector vast bij het aansluiten of
verwijderen van de oplaadkabel, als u aan
de kabel zelf trekt (zonder de handgreep te
gebruiken), kunnen de interne draden ontkop-
peld of beschadigd raken. Dit kan elektrische
schokken of brand veroorzaken.
Apparaten die onder hoge spanning worden
opgeladen of ontladen, kunnen interferentie
met elektronische medische apparaten vero-
orzaken. Raadpleeg bij het gebruik van medis-
che elektrische apparaten zoals pacemakers
uw arts of het opladen of ontladen van uw
elektrische auto invloed heeft op de werking
van het apparaat. In sommige gevallen kun-
nen elektromagnetische golven die door de
oplader worden gegenereerd, de werking van
medische elektrische apparaten ernstig beïn-
vloeden.
Gebruik
rechtstreeks op de klep van de oplader of om
rondom het oplaadpunt te reinigen.
NOOIT
een
hogedrukreiniger