Inhoudsopgave
Advertenties
Elektronische remassistentie (EBA)
Uw auto is uitgerust met elektronische remassistentie, die
reageert op de snelheid waarmee het rempedaal wordt in-
getrapt. Als in een noodsituatie sneller wordt geremd dan
de limieten die in het systeem zijn ingesteld, wordt het ABS
volledig ingezet om de auto op de kortst mogelijke afstand
tot stilstand te brengen.
Antiblokkeersysteem (ABS)
Bij het rijden met hoge snelheid of bij gevaar
voor aquaplaning, d.w.z. waar een laagje wa-
ter voldoende contact tussen de banden en
het wegdek verhindert, kan het ABS de fysie-
ke beperkingen van het stoppen van de auto
op korte afstand niet overwinnen. In deze ge-
vallen is het de verantwoordelijkheid van de
bestuurder om een veilige afstand tot andere
voertuigen aan te houden.
Pomp NOOIT met het rempedaal; dit on-
derbreekt de werking van het ABS en kan de
remweg verlengen.
194
Starten en rijden
ABS kan voorkomen dat de wielen blokkeren tijdens het
remmen, waardoor de bestuurder de macht over de auto
behoudt.
Bij normaal remmen wordt het ABS niet geactiveerd. Zo-
dra de remkracht echter de beschikbare grip tussen de
banden en het wegdek overschrijdt, waardoor de wielen
blokkeren, gaat het ABS automatisch werken. Dit is te
herkennen aan een snelle pulsatie die door het rempedaal
wordt gevoeld.
Als er zich een noodsituatie voordoet, moet de bestuur-
der volledig remmen om het ABS te activeren, zelfs wan-
neer het wegdek glad is.
Let op: Op zachte ondergronden zoals poedersneeuw,
zand of grind hebben voertuigen met ABS mogelijk
een langere remweg dan voertuigen zonder ABS. Dit
komt omdat er bij geblokkeerde wielen op zachte
ondergronden op natuurlijke wijze een wig materiaal
vóór (of bij sturen aan de zijkant van) het contactv-
lak van de band wordt opgebouwd. Dit effect helpt de
auto om te stoppen bij het remmen of om van richting
te veranderen tijdens het sturen.
Advertenties
Inhoudsopgave
