►
De sleutel i n het contactslot moet in
stand
2
staan.
►
In het bedieningssysteem moet de
functie Mi rror adjustment parking
aid (spiegelinstelling parkeerhulp)
in het submenu Conveni ence (comfort)
ingeschakeld zijn
(I>
pagina 101 ).
►
Toets
0
voor de buitenspiegel aan
passagierszijde indrukken.
►
De achteruitversnelling inschakelen.
De buitenspiegel aan passagierszijde
kantelt naar de opgeslagen parkeer
stand.
De buitenspiegel aan passagierszijde kan
telt naar de oorspronkelijke stand terug:
•
zodra een snelheid van 10 km/h wordt
overschreden
•
circa tien seconden nadat vanuit de
achteruitversnelling in een andere ver
snelling wordt geschakeld
•
als toets
CD
van de buitenspiegel aan
bestuurderszijde wordt ingedrukt.
Zonnekleppen
De zonnekleppen voorkomen verblinding
tijdens het rijden.
&
Gevaar voor ongevallen
De afdekking voor de spiegels van de zonne
kleppen tijdens het rijden gesloten houden.
Anders kan verblindend licht gevaar voor u
en voor anderen opleveren.
0
Aan de voorzijde van de zonneklep bevindt
zich een gleuf voor het bewaren van bijvoorbeeld
parkeertickets. Bij geopende ruiten of geopend
Variodak erop letten dat aangebrachte tickets bij
hogere snelheden niet door de luchtverplaatsing
uit de gleuf wordt getrokken.