Spiegels met automatische antiverblin
dingsstand
*
De binnenspiegel en de buitenspiegel aan
bestuurderszijde dimmen automatisch, als
tegelijkertijd:
•
het contact is ingeschakeld
•
het invallende licht op de sensor in de
binnenspiegel valt.
De spiegels dimmen niet als:
•
de achteruitversnelling is ingeschakeld
•
de interieurverlichting is ingeschakeld.
,&
Gevaar voor ongevallen
Wanneer het invallende licht van de koplam
pen niet rechtstreeks op de sensor in de bin
nenspiegel valt, bijvoorbeeld als het
zonnescherm voor de achterruit uitgerold is,
dimmen de spiegels niet automatisch. Inval
lend licht kan u verblinden. Hierdoor zou u
de verkeerssituatie niet goed meer kunnen
beoordelen en een ongeval kunnen veroor
zaken. In dat geval de binnenspiegel hand
matig dimmen.
,&.
Gevaar voor letsel
Als het glas van een automatisch dim mende
spiegel breekt, kan elektrolyt naar buiten
komen.
Elektrolyt is agressief en mag niet met de
huid, ogen of luchtwegen in aanraking ko
men.
Als elektrolyt met de ogen of de huid in aan
raking gekomen is, moeten de ogen en de
huid direct met schoon water grondig wor
den gespoeld. Zo nodig naar een arts gaan.
D
Als elektrolyt op de lak van de auto gekomen
is, kan elektrolyt alleen afdoende worden verwij-
derd door de lak met schoon water afte spoelen,
anders wordt de lak beschadigd.
Elektrolyt kan alleen worden weggespoeld als dit
nog niet opgedroogd is.
Buitenspiegels elektrisch in- en uitklap
pen*
De toets bevindt zich onder in de midden
console.
CD
Buitenspiegels in- en uitklappen.
►
De sleutel i n het contactslot moet in
stand 1 staan.
Inklappen
►
Toets
CD
kort indrukken.
Beide buitenspiegels worden ingeklapt.
0
Bij een snelheid boven 47 km/h kunnen de
buitenspiegels niet meer worden ingeklapt.