88
GEBRUIK
Bij ABS of DTC-ingrepen
wordt om veiligheidsre-
denen de snelheidsregeling
automatisch gedeactiveerd.
Wanneer DTC door de berij-
der wordt gedeactiveerd, is ook
de snelheidsregeling gedeacti-
veerd.
Het controlelampje voor de
Cruise Control gaat uit.
Eerdere snelheid weer
aannemen
De toets 1 kort naar achteren
drukken, om de opgeslagen
snelheid te hervatten.
Bij gas geven wordt de
snelheidsregeling niet ge-
deactiveerd. Als de gashendel
wordt losgelaten loopt de snel-
heid slechts terug tot de opge-
slagen waarde, ook als eigenlijk
een verdere verlaging van de
snelheid de bedoeling was.
Controlelampje voor
cruise control brandt.
Cruise control uitschakelen
Schakelaar 1 naar links schui-
ven.
Systeem uitgeschakeld.
De toets 2 is geblokkeerd.
WEGRIJASSISTENT
Weergave
Het symbool 1 voor de wegrij-
assistent wordt in het scherm
Pure Ride en in de bovenste
statusregel weergegeven.
Hill Start Control bedienen
Voorwaarde
De motorfiets staat stil en de
motor draait.