tie Automat. dagrijlicht
uitschakelen.
Toets 1 indrukken om het dag-
rijlicht in te schakelen.
Het controlelampje voor het
dagrijlicht licht op.
Het dimlicht en het voorste
stadslicht worden uitgescha-
keld.
In het donker of in tunnels:
toets 1 opnieuw indrukken om
het dagrijlicht uit te schake-
len en om het dimlicht en het
voorste stadslicht in te schake-
len.
OPMERKING
Als bij ingeschakeld dagrijlicht
het grootlicht wordt ingeschakeld,
wordt het dagrijlicht na circa 2
seconden uitgeschakeld en wor-
den het grootlicht, het dimlicht
en het stadslicht voor ingescha-
keld.
Als het grootlicht weer wordt uit-
geschakeld, wordt het dagrijlicht
niet automatisch opnieuw geac-
tiveerd, maar moet dit handmatig
weer worden ingeschakeld.
Automatisch dagrijlicht
WAARSCHUWING
Het automatische dagrijlicht
vervangt de persoonlijke in-
schatting van de lichtom-
standigheden niet
Gevaar voor ongevallen
Het automatische dagrijlicht bij
slechte lichtomstandigheden
uitschakelen.
OPMERKING
De omschakeling tussen dagrij-
licht en dimlicht, incl. stadslicht
voor kan automatisch gebeuren.
In SETUP de functie A DRL
inschakelen.
SU
met Connectivity
In het menu Instellingen,
Voertuiginstellingen,
Verlichting de functie Au-
tomat. dagrijlicht in-
schakelen.
Het controlelampje voor
het automatische dagrijlicht
licht op.
Als het omgevingslicht onder
een bepaalde waarde daalt,
wordt het dimlicht automatisch
ingeschakeld (bv. in tunnels).
Als wordt vastgesteld dat er
4
95
z