Wordt de toets 1 langere
tijd niet meer bediend, dan
wordt de veervoorspanning
zoals aangegeven ingesteld.
Tijdens het instellen knip-
pert de weergave.
Banden
Bandenspanning
controleren
Een onjuiste banden-
spanning verslechtert de
rij-eigenschappen van de mo-
torfiets en kan ongevallen tot
gevolg hebben.
Zorg voor een correcte
bandenspanning.
Een ventiel heeft de nei-
ging om bij hoge snel-
heden door de centrifugaal-
kracht vanzelf open te gaan.
Om plotseling verlies van de
bandenspanning te voorko-
men, op het achterwiel een
metalen dopje met rubberaf-
dichtring gebruiken en goed
vastdraaien.
Verkeerde bandenspan-
ning vermindert de le-
vensduur van de banden.
Zorg voor een correcte
bandenspanning.
De correcte bandenspan-
ning aan de hand van de
volgende gegevens contro-
leren.
Bandenspanning, voor
2,5 bar (Rijden zonder
passagier, bij koude ban-
den)
2,5 bar (Rijden met duo-
passagier en/of bagage,
bij koude banden)
Bandenspanning, ach-
ter
2,9 bar (Rijden zonder
passagier, bij koude ban-
den)
2,9 bar (Rijden met duo-
passagier en/of bagage,
bij koude banden)
Als de bandenspanning te
laag is:
Bandenspanning corrigeren.
4
61
z