De accu kan alleen met
7
de geschikte laadappa-
ratuur via de boordcontact-
120
doos worden opgeladen. On-
geschikte laadapparatuur kan
schade aan de motorfiets-
elektronica veroorzaken.
BMW -laadapparaten met de
onderdeelnummers 71 60
7 688 864 (220 V) resp.
71 60 7 688 865 (110 V)
gebruiken. Bij twijfel de
losgemaakte accu direct via
z
de polen opladen.
Aangesloten accu via de
contactdoos opladen.
De elektronica van de
motorfiets herkent of de
accu volledig is opgeladen.
In dit geval wordt de contact-
doos uitgeschakeld.
Hierbij de handleiding van
het laadapparaat in acht ne-
men.
Als de accu niet via de
boordcontactdoos kan
worden opgeladen, dan is het
gebruikte laadapparaat mo-
gelijk niet geschikt voor de
elektronica van uw motorfiets.
In dit geval de accu direct aan
de polen van de losgekoppel-
de accu opladen.
Losgekoppelde accu
opladen
De accu met een geschikt
laadapparaat opladen.
Hierbij de handleiding van
het laadapparaat in acht ne-
men.
Na het beëindigen van het
opladen de poolklemmen
van het laadapparaat van de
accupolen losmaken.
Als gedurende langere
tijd niet wordt gereden,
moet de accu regelmatig wor-
den bijgeladen. Hiertoe het
behandelingsvoorschrift voor
de accu opvolgen. Vóór het
weer in gebruik nemen de ac-
cu volledig opladen.
Het accuvakdeksel
verwijderen.
Bij de volgende werk-
zaamheden kan een niet
goed geplaatste motorfiets
kantelen.
Erop letten dat de motorfiets
stevig staat.
De motorfiets neerzetten en
erop letten dat de onder-
grond vlak en stevig is.
Buddyseat verwijderen.
(
53)