Versnelling
Ingeschakelde versnel-
ling wordt weergegeven.
Als geen versnelling inge-
schakeld is, geeft de versnel-
lingsindicatie N aan, boven-
dien brandt de controlelamp
neutraalstand.
Koelvloeistoftemperatuur
De dwarsbalken onder
het temperatuursymbool
geven de hoogte van de koel-
vloeistoftemperatuur aan.
Algemene
waarschuwingen
Weergave
Algemene waarschuwingen
worden door waarschuwings-
lampen of door opmerkingen
en symbolen op het multi-
functioneel display weerge-
geven, soms brandt boven-
dien de algemene waarschu-
wingslamp rood of geel. In-
dien meerdere waarschuwin-
gen aanwezig zijn, worden al-
le betreffende controlelampen
en waarschuwingssymbolen
weergegeven. Waarschu-
wingsaanwijzingen worden
afwisselend weergegeven.
3
21
z