42
Instapverlichting in- en uitschakeln
(indien aanwezig)
Met deze functie kan als de portieren of de bagageruimte met
de afstandsbediening worden geopend de buitenverlichting, de ken-
tekenverlichting en de interieurverlichting gedurende ongeveer 25
seconden worden ingeschakeld; met uitzondering van de volgen-
de situaties:
❍ onderbreking na 5 seconden wegens sluiting portier
❍ onderbreking na vergrendeling met de afstandsbediening
❍ onderbreking na een vergrendeling of een actie met de af-
standsbediening
Ga voor het in-/uitschakelen als volgt te werk:
– druk de MENU ESC knop kort in, op het display wordt knippe-
rend "On" of "Off" weergegeven, afhankelijk van de eerder in-
gevoerde instelling;
– druk op de + of – knop om de keuze uit te voeren;
– druk kort op de MENU ESC knop om terug te keren naar het
menuscherm of druk lang op de knop om terug te keren naar het
standaardscherm zonder op te slaan.
Menu verlaten
Laatste functie waarmee de instellingen uit het menu worden af-
gesloten. Druk kort op de MENU ESC knop, het display keert te-
rug naar het standaardscherm zonder op te slaan. Door op de knop
– te drukken, keert het display terug naar de eerste optie van
het menu.
WEGWIJS IN UW AUTO
TRIP COMPUTER
ALGEMEEN
De "Tripcomputer" kan, als het contactslot in de stand MAR staat,
de gegevens weergeven betreffende het gebruik van de auto. De-
ze functie bestaat uit twee afzonderlijke delen "Trip A" en "Trip B"
die de gehele rit van de auto onafhankelijk van elkaar controleren.
Beide functies kunnen op nul gezet worden (reset – begin van een
nieuwe reis/periode).
"Trip A" geeft achtereenvolgens de volgende gegevens weer:
– Actieradius
– Afgelegde afstand
– Gemiddeld verbruik
– Huidig verbruik
– Gemiddelde snelheid
– Reisduur.