Het is raadzaam om gedurende de eerste ge-
bruiksperiode geen maximale prestaties van uw
auto te verlangen (bijv. snel accelereren, langdu-
rig rijden met hoge toerentallen en krachtig remmen).
Laat de contactsleutel niet in het contactslot zit-
ten als de motor is uitgezet, om te voorkomen
dat de accu ontlaadt.
Het is zeer gevaarlijk om de motor in afgesloten
ruimten te laten draaien. De motor verbruikt zuur-
stof en produceert kooldioxide, koolmonoxide en
andere giftige gassen.
Houd er rekening mee dat de rem- en de stuur-
bekrachtiging niet werken zolang de motor niet
is aangeslagen, waardoor meer kracht nodig is
voor de bediening van het rempedaal en het stuur.
STARTEN EN RIJDEN
Probeer nooit te starten door aanduwen, slepen of
van een helling af laten rijden. Hierdoor kan de
katalysator worden beschadigd.
MOTOR OPWARMEN NA HET STARTEN
(benzine en diesel)
Ga als volgt te werk:
❍ rijd rustig weg, laat de motor niet met hoge toerentallen draai-
en en trap het gaspedaal niet bruusk in;
❍ verlang de eerste kilometers geen maximale prestaties. Wij ra-
den u aan te wachten tot de wijzer van de koelvloeistoftem-
peratuurmeter begint te bewegen.
151
3