Comfort-bestuurdersstoel met
luchtvering
WAARSCHUWING
Als de stoel niet goed is afgesteld, kan dit tot
rugklachten leiden. De verstelinrichtingen voor
de bestuurdersstoel mogen niet worden versteld
tijdens het werken.
Telkens voordat de machine wordt gestart en tel-
kens wanneer er van bestuurder wordt gewisseld,
moet de stoel worden afgesteld op het gewicht
van de betreffende bestuurder en moet worden
gecontroleerd of alle verstelinrichtingen goed zijn
vastgeklikt. Plaats geen voorwerpen binnen het
bewegingsgebied van de bestuurder.
OPMERKING
Bij langdurig zitten wordt de ruggenwervel
zwaar belast. Probeer dit te compenseren
door regelmatig eenvoudige gymnastiekoef-
eningen te doen.
Naar voren en naar achteren verstellen
Trek de hendel (1) omhoog.
Schuif de bestuurdersstoel naar achteren
of voren op de geleidingen, om de com-
fortabelste positie van de bestuurder ten
opzichte van het stuur en de rijpedalen te
vinden.
Laat de hendel (1) op zijn plaats vastklikken.
Rugleuning verstellen
Duw de hendel (2) omhoog en houd deze
vast.
Beweeg de rugleuning naar voren en
achteren om een comfortabele zithouding
te vinden.
Laat de hendel (2) los.
Bedieningshandleiding – 396 801 15 09 NL – 06/2014
Standaarduitrusting
1
4
Gebruik
2
d3941400a
47