Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruikershandleiding
7.
Sluit de wegwerpaansluitslang aan zoals beschreven in
11.2.3 De slang aansluiten en voorvullen
MEDEDELING
Mechanisch gevaar - Kan leiden tot schade aan apparatuur.
Injectiespuiten en aansluitslangen niet met overmatige kracht installeren.
1.
Haal de verbindingsslang uit de verpakking. Verwijder de stofkappen van de luerhulpstukken.
2.
Controleer of alle lucht uit de injectiespuiten verwijderd is.
OPMERKING:
Als er luchtbelletjes in de spuit verschijnen, NIET gelijk tegen de injectiespuit tikken om ze
te verwijderen. De plunjer 3-5 ml terugtrekken, vervolgens injectorhoofd schudden op de spil
met de injectiespuit omhoog gericht om de kleine belletjes te verzamelen. De resterende lucht
verwijderen.
3.
Bevestig de verbindingsslang aan de injectiespuiten, zoals weergegeven. Gebruik niet
te veel kracht tijdens het installeren.
4.
Zorg ervoor dat het luerhulpstuk van de connector is bevestigd aan de uiteinden van
de injectiespuiten. Controleer of de slang niet geknikt of geblokkeerd is.
5.
Vul handmatig de slang voor met vloeistof of met behulp van de voorvulfunctie:
a.
Voorvulfunctie
i.
Druk op de Voorvulknop op het injectorhoofd.
b. Zuigerbesturing voorvullen
i.
Druk op de knop Zuigerbediening inschakelen en gebruik de zuigerbesturing om de slang voor te
vullen.
c.
Handmatig voorvullen
i.
Gebruik de handmatige knop om de zuiger naar voren te bewegen om de slang voor te vullen.
OPMERKING:
Gebruik de juiste vloeistof om de slang voor te vullen. Injectiespuit A is de contrastspuit en
Injectiespuit B de zoutoplossingspuit.
6.
Controleer of de slang vrij is van overtollige lucht.
OPMERKING:
Draai indien nodig aan de handmatige knoppen of herhaal de bovenstaande voorvulstappen om
de vloeistof verder naar voren te bewegen en eventueel resterende lucht te verwijderen.
7.
Bevestig dat het vloeistofkanaal is onderzocht en vrij is van overtollige lucht door te drukken op de Ik heb op lucht
gecontroleerd - Bevestigingsknop op het injectorhoofd.
11.2.4 Sluit de slang aan op de patiënt
WAARSCHUWINGEN
Gevaar op luchtembolie - Kan leiden tot ernstig letsel of overlijden van de patiënt.
"Ik heb op lucht gecontroleerd" moet worden voltooid en bevestigd vóór het aansluiten van de slang op de patiënt.
"Sectie 11.2.3 - De slang aansluiten en
11 - 47
voorvullen".
Advertenties
Inhoudsopgave
