4 - 14
3.
Auto naar voren: Wanneer Auto Advance (Auto naar voren) is geconfigureerd om ON (aan) te staan en een nieuwe
lege injectiespuit is geïnstalleerd op het injectorhoofd, wordt de zuiger automatisch gekoppeld aan de zuigerplunjer
en drukt deze helemaal naar voren.
4.
Auto terugtrekken: Wanneer Auto Retract (Auto terugtrekken) is geconfigureerd om op ON (aan) te staan en de
injectiespuit wordt verwijderd, zal de zuigerstang automatisch terug gaan naar het injectorhoofd.
4.5 Basisinformatica
Als het optionele Informatica-platform wordt meegeleverd met het systeem, verwijzen wij u naar de handleiding Certegra
Workstation Informatica Paneel en Modaliteit Werklijsthandelingen voor een overzicht en de werking ervan.
4.6 Programmeermodus
In het systeem kan de bestuurder waarden invoeren voor twee van de drie parameters in de vloeistoftoedieningsfase. Op
basis van deze door de apparaatbediener gedefinieerde waarden berekent het systeem de waarde van de derde parameter.
In de standaardconfiguratie van het systeem kan de apparaatbediener de waardes voor de doorstroomsnelheid en het
volume invoeren en het systeem berekent de duur. Met behulp van programmeermodus (zie
vochttoediening"), kan de apparaatbediener kiezen welke van de drie parameters (doorstroomsnelheid, volume en duur)
het systeem automatisch berekend op basis van de ingevoerde gegevens voor de andere twee parameters.
4.7 Standaard met geïntegreerde infuuspaal gebruiken
De standaard met geïntegreerde infuuspaal heeft wielen en kan overal worden geplaatst binnen de MR-scanruimte om te
zorgen voor een verbeterde MRI-procedure.
WAARSCHUWINGEN
Gevaar op elektrische schokken - Kan leiden tot ernstig letsel bij of overlijden van de patiënt en/of
apparaatbediener.
Schakel alle apparatuur die een sterke elektrostatische lading zou kunnen genereren uit.
VOORZORGSMAATREGELEN
Mechanische gevaar - Kan leiden tot licht of matig letsel bij patiënt en/of apparaatbediener.
Draai alle schroeven, klemmen en de knoppen tijdens de montage en als dat nodig is tijdens het gebruik goed aan. Losse
onderdelen kan ervoor zorgen dat de standaard uit elkaar valt.
De injector niet bewegen of manipuleren door te trekken aan of duwen tegen de geïntegreerde infuusstandaard. Door met behulp
van de infuuspaal de injector verplaatsen kan ertoe leiden dat de infuuspaal doorbuigt of dat de injector omvalt. Verplaats de
injector volgens de instructies in
De injector niet verplaatsen als er iets aan de geïntegreerde infuuspaal hangt.
Klap de haken van de infuuspaal voorzichtig in en uit. Houd handen en vingers uit de buurt van alle scharnieren.
De inklapbare haken van de infuuspaal zijn ontworpen voor een maximaal gewicht van 0,33 lbs (0,15 kg) of 150 ml vloeistof.
De gewichtslimiet niet overschrijden.
Kabels niet om de infuuspaal wikkelen of erover hangen.
De standaard is bedoeld om het injectorhoofd in een MR-scannerruimte te ondersteunen. De standaard niet gebruiken voor andere
doeleinden.
Gevaar op elektrische schokken - Kan leiden tot licht of matig letsel bij patiënt en/of apparaatbediener.
Alleen de stekker van het systeem in een directe AC-stopcontact steken.
De stekker van netsnoeren van het systeem niet een in verlengsnoer of multi-stekkerdoos steken.
Gebruik alleen goedgekeurde adapters en accessoires van Bayer.
"Sectie 4.2 - Het verplaatsen van het
"Sectie 15.4 - Instellen
systeem".
MEDRAD® MRXperion