Trillingsniveaus
Het trillingsniveau dat wordt overgedragen aan de bestuurder is voornamelijk afhankelijk van de omstandigheden
van het terrein waarop de werkzaamheden plaatsvinden, de manier waarop de machine wordt gebruikt, en de
aanwezige apparatuur. De blootstelling aan trillingen kan aanzienlijk worden teruggebracht als aan de volgende
aanbevelingen wordt voldaan:
• apparatuur gebruiken die geschikt is voor de machine en het type werkzaamheden;
• de stoel in de juiste stand afstellen en blokkeren; de vering van de stoel regelmatig inspecteren en zo nodig afstellen
of repareren;
• de gewone onderhoudswerkzaamheden van de machine regelmatig uitvoeren, met de voorgeschreven intervallen;
• de uitrusting met gelijkmatige bewegingen bedienen, en abrupte bewegingen of te grote lasten zoveel mogelijk
vermijden;
• bij het rijden, voor zover mogelijk, bijzonder onregelmatig terrein of botsen tegen mogelijke obstakels vermijden.
• Deze machine is voorzien van een bestuurdersstoel die voldoet aan de vereisten van ISO 7096:2000 met betrek-
king tot het ontstaan van verticale trillingen onder zware maar typische bedrijfsomstandigheden. Deze stoel werd
getest met de ingangsspectrumklasse EM 6 en de overdraagbaarheidsfactor ligt binnen de voorziene waarden.
Dit garandeert dat de blootstelling van het lichaam van de bestuurder voldoet aan de vereisten voor bescherming
tegen trillingen wanneer de machine in bedrijf is conform de omvang van het bedoelde gebruik en de voorschriften
in deze handleiding.
De gewogen effectieve acceleratie-emissie van de machine waaraan de armen van de bestuurder worden bloot-
gesteld, is niet hoger dan 2,5 m/s².
De gewogen effectieve acceleratie-emissie van de machine waaraan het lichaam wordt blootgesteld, is niet hoger
dan 0,5 m/s². Deze resultaten werden verkregen met behulp van een accelerometer gedurende laad- en loswerk-
zaamheden.
OPMERKING: de emissiewaarde van het hele lichaam (whole-body) werd bepaald onder specifieke bedrijfs- en
terreincondities en is daardoor niet representatief voor de verschillende bedrijfscondities in overeenstemming met
het bedoelde gebruik van de machine. Deze afzonderlijke emissiewaarde voor lichaamstrillingen (whole-body trillin-
gen) is dan ook niet bedoeld om de whole-body trillingsblootstelling te bepalen zoals vereist door Europese richtlijn
2002/44/EC. Voor dit doel wordt aangeraden metingen uit te voeren bij reële werkomstandigheden. Als dit niet mo-
gelijk is, wordt aangeraden de hieronder vermelde informatie over ISO/TR 25398:2006 (*) te gebruiken.
Typische bedrijfsconditie
Laad- en draagbeweging
(*) ISO/TR 25398:2006 Mechanische trilling - Richtlijn voor de evaluatie van blootstelling aan trillingen door het gehele
lichaam van grondverzetmachines met bestuurdersstoel, met gebruikmaking van geharmoniseerde gegevens die zijn
verzameld door internationale instituten, organisaties en fabrikanten.
2 - VEILIGHEIDSINFORMATIE
Gemiddeld
1.4*aw ,
1.4*aw ,
eqx m/s²
eqy m/s²
0.94
0.86
Standaardafwijking (s)
aw ,
1.4*Sx m/s² 1,.4*Sy m/s² Sz m/s²
eqz m/s²
0.65
0.27
2-36
0.29
0.13