Inhoudsopgave
Advertenties
Omstandigheden voor gebruik van biodiesel
U moet de gebruiksvoorwaarden voor biodieselbrandstof
strikt naleven. Indien men zich niet houdt aan de voor-
waarden voor het gebruik van biodiesel, kan dit leiden tot
ernstige schade aan de motor, het inspuitsysteem van de
motor en het uitlaatgasnabehandelingssysteem.
De belangrijkste problemen betreffende het gebruik van
uitrusting met biodieselbrandstoffen zijn:
• Verstopping van filters en verstuivers door een lage
brandstofkwaliteit
• Slijtage en corrosie van interne componenten doordat
water de smerende werking aantast
• Achteruitgang van de kwaliteit van een aantal rubberen
afdichtmiddelen in het brandstofsysteem
• Biodieseloxidatie die kan leiden tot de vorming van af-
zettingen waardoor het inspuitsysteem van de motor
beschadigd kan raken
LET OP: NEW HOLLAND CONSTRUCTION-garantie
geldt niet voor problemen in het brandstofinspuitingssys-
teem van de motor die voortkomen uit het niet naleven
van de volgende voorwaarden betreffende het hanteren
van biodieselbrandstof en het onderhoud van de biodie-
selbrandstof.
Betrek biodiesel van een vertrouwde leverancier die het
product begrijpt en een aanvaardbare brandstofkwaliteit
handhaaft.
De leverancier moet de biodieselbrandstof vooraf men-
gen. Het mengen van biodieselbrandstofmengsels op lo-
catie kan een foutief mengsel tot gevolg hebben, waar-
door schade aan de motor en/of het brandstofsysteem
kan ontstaan.
Voor machines met Tier 4A (Interim)- en Stage
IIIB-motoren met een nabehandelingssysteem voor
uitlaatgassen, blijft bij het gebruik van biodieselmengsels
van B7 tot en met B20 de NEW HOLLAND
CONSTRUCTION-garantie van kracht, mits de volgende
voorwaarden voor het hanteren van biodiesel en voor
onderhoud strikt worden opgevolgd:
1. Het biodieselbrandstofmengsel moet voldoen aan de
recentste brandstofspecificatie EN14214.
2. Als u een biodieselmengsel gebruikt conform DIN
V 51606, moet u speciale voorzorgsmaatregelen
nemen. Zorg ervoor dat het biodieselmengsel
volledig voldoet aan de volgende speciale vereisten:
• Het gehalte metalen uit groep I (natrium + kalium)
moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan 5 mg/kg per
EN14538.
• Het gehalte metalen uit groep II (calcium + magne-
sium) moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan 5 mg/kg
per EN14538.
• Een fosforgehalte lager dan 4 mg/kg geldt als ver-
plichte eis (conform EN14107).
7 - ONDERHOUD
3. Het hieruit resulterende mengsel B7 tot en met B20
mag niet meer dan 1 mg/kg van metalen uit groep I
(natrium en kalium) en metalen uit groep II (calcium
en magnesium) bevatten.
LET OP: Voor machines met Tier 4A (interim)- en
Stage IIIB-motoren met een nabehandelingssys-
teem voor uitlaatgassen in regio's waar geleverde
biodieselbrandstofmengsels voldoen aan norm
DIN V 51606, is het van essentieel belang dat bij
elke brandstoflevering van de brandstofleverancier
bewijs wordt verkregen van conformiteit aan de
hierboven gespecificeerde speciale limieten voor
metalen uit groep I, metalen uit groep II en het gere-
duceerde fosforgehalte. Indien niet wordt voldaan
aan dit vereiste, kan dit leiden tot schade aan de
katalysator van het nabehandelingsysteem die niet
wordt gedekt door de garantie.
LET OP: NEW HOLLAND CONSTRUCTION kan uw
garantie laten vervallen indien een probleem verband
houdt met een lage brandstofkwaliteit door een onjuiste
menging. Het is de verantwoordelijkheid van u en/of uw
brandstofleverancier om ervoor te zorgen dat u het juiste
type brandstof ontvangt en de juiste mengverhouding
gebruikt.
Onderhoudsintervallen
Voor machines met de volledig elektronisch geregelde
motoren met een hogedruk-commonrail-brandstofsys-
teem, worden door het gebruik van biodieselbrand-
stofmengsels tot B20 de verversingsinterval voor de
motorolie en het vervangingsinterval voor het filter ge-
wijzigd naar 300 h. Voor alle motoren, raadpleegt u de
gebruikershandleiding voor de specifieke onderhoudsin-
tervallen.
Controleer om de 3 maanden of 150 bedrijfsuren, welk
van beide het eerst verstrijkt, alle slangen, aansluitingen
en pakkingen op integriteit en controleer of ze schoon zijn.
Regelmatige oliemonstername is zeer raadzaam, om te
controleren op verslechtering van de motorolie en de mo-
torprestaties.
OPMERKING: Kits voor oliemonstername zijn verkrijg-
baar via uw erkende NEW HOLLAND CONSTRUCTION-
dealer.
Bij het overstappen van biodiesel op normale EN 590 of
diesel nr. 2, moet u alle brandstoffilters, de olie en het
oliefilter verversen/vervangen, ongeacht de routineserv-
ice-intervallen.
Opbergen
Stal de machine niet langer dan drie maanden met biodie-
selbrandstof in het brandstofsysteem. Voor langere stal-
lingstijden adviseert NEW HOLLAND CONSTRUCTION
dat u alleen normale nr. 2- of EN 590dieselbrandstof ge-
bruikt.
7-8
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
