86
Instrumenten en bedieningsorganen
Bedieningsorganen
Stuurwielverstelling
Hendel omlaagbewegen, stuurwiel
instellen, hendel omhoogbewegen en
vergrendelen.
Stuurwiel uitsluitend bij stilstaande
auto en ontgrendeld stuurslot verstel‐
len.
Stuurbedieningsknoppen
De cruisecontrol en de snelheidsbe‐
grenzer werken via de toetsen op het
stuurwiel.
Cruise control en snelheidsbegrenzer
3 164.
Claxon
j indrukken.
De claxon klinkt ongeachte de stand
van de contactschakelaar.
Knoppen op stuurkolom
Bepaalde functies van het infotain‐
mentsysteem kunnen ook via de toet‐
sen op de stuurkolom worden
bediend.
Meer informatie staat in de handlei‐
ding van het infotainment-systeem.