Tiptoetsen
De functies van de zes tiptoetsen onder het scherm
worden aangeduid boven de toetsen. De opties zijn
afhankelijk van de modus, waarin het apparaat zich
bevindt:
1 In de Standby-modus bevinden zich onderaan
in het Standby-scherm de volgende tiptoetsen:
– »Systeemtest uitv.«
– »Flowsensor kalibr.«
– »O
-sensor kalibr.«
2
– »Lek-/compl. test«
– »Alarmlog openen«
– »Std. waarden herst.«
Zie "Configuratiefuncties in Standby" op pagina 138
voor de volledige informatie.
2 In elke beademingsmodus bevinden zich tip-
toetsen voor de beademingsparameters en –
functies die in de desbetreffende beademings-
modus beschikbaar zijn (in het voorbeeld wor-
den de parameters van de modus Volume Con-
trol weergegeven).
3 Als in een willekeurige beademingsmodus de
toets »
« (Setup) wordt ingedrukt, verschij-
nen onderaan in het scherm de volgende tip-
toetsen:
– »Volume alarmen Aan/Uit«
– »Auto-instell.«
– »O
-sensor kalibr.«
2
– »Des Comp Aan/Uit«
– »Alarmlog openen«
– »Toegang Alarm Volume«
OPMERKING
De optie »Volume Alarmen Aan/Uit« verschijnt
niet in de modus ManSpont, omdat deze optie kan
worden geselecteerd in het scherm ManSpont.
Zie "Configureren tijdens gebruik" op pagina 159
voor de volledige informatie.
Gebruiksaanwijzing Fabius MRI SW 3.n
1
2
3
Werkingsconcept
41