GELUIDSREGELING
Aan-/uitknop geluidssys-
teem
Volg één van de volgende onder-
staande stappen uit om het audio-
systeem op AAN te schakelen:
-
Draai de contactschakelaar op
AAN
-
Druk nadat de contactschake-
laar UIT werd geschakeld gedu-
rende 3 seconden op de knop
MODUS.
Volg één van de volgende onder-
staande stappen uit om het audio-
systeem UIT te schakelen:
-
Draai de contactschakelaar op
UIT
-
Als de audio AAN stond met de
contactschakelaar UIT, druk dan
gedurende 10 seconden op de
knop MODUS.
Geluidsvolumeregeling
Op het standaard rijscherm ver-
hoogt of verlaagt u met de OM-
HOOG- of OMLAAG-knop het ge-
luidsvolume.
Automatische instelling
geluidsvolume
Het geluidsvolume kan automatisch
worden aangepast naargelang de
snelheid van het voertuig. Dit wordt
geregeld door de instelling voor
automatische volumeregeling in
het voorkeurenscherm (Preferen-
ces).
Geluid dempen
Druk op de OMLAAG-knop en houd
deze langer dan één seconde inge-
drukt. Het geluidsvolume wordt
gedempt.
Bij gedempt geluid herstelt u de
laatste volume-instelling door de
OMHOOG-knop in te drukken.
36
Radiobandbreedte
Door de SET-knop (Instelling) her-
haaldelijk in te drukken in het audio-
scherm verschijnen de beschikbare
audioapparaten in deze volgorde:
-
FM
-
AM
-
WX (NOAA weerkanaal)
-
AUX (iPod of MP3-speler)
-
XM.
OPMERKING: XM wordt enkel
weergegeven als het voertuig
hiermee is uitgerust.
TYPISCH - FM-RADIO WEERGEGEVEN
1. Huidige band
2. Voorkeuzezendernummer
3. Huidige zender
4. Volumeniveau
Onderweg zijn de beschikbare ra-
diofuncties:
-
Audiovolume
-
Dempen, zoeken en zwenken
(XM-radio).
-
Radiovoorkeuzefunties (selectie
en opslag).
OPMERKING: De radio is steeds
ingeschakeld. Gebruik de MUTE
functie (Dempen) om het volume
stil te zetten.
Om naar de radio te luisteren ter-
wijl de contactschakelaar op UIT
staat, kunt u de digitale display
aanzetten. Hou hiervoor de MODE-
knop (Modus) gedurende 3 secon-