Plaats het laadstation niet op een eiland omdat het hierdoor
lastiger is om de begeleidingsdraad optimaal te leggen. Als
het laadstation op een eiland moet worden geïnstalleerd,
moet de begeleidingsdraad ook op het eiland worden
aangesloten. Zie de afbeelding. Zie 3.4 De begrenzingsdraad
installeren op pagina 25 voor informatie over eilanden.
De transformator aansluiten
Houd bij het bepalen van de locatie voor de transformator
rekening met de volgende punten:
• Dicht bij het laadstation
• Bescherming tegen regen
• Bescherming tegen direct zonlicht
Wanneer de transformator op een stopcontact buiten
wordt aangesloten, moet dit stopcontact zijn goedgekeurd
voor gebruik buitenshuis. De laagspanningskabel naar de
transformator is 20 meter lang en mag niet worden ingekort
of verlengd.
De laagspanningskabel mag door het werkgebied worden
gelegd. De laagspanningskabel moet met krammen in
de grond worden gezet of worden ingegraven en de
maaihoogte moet zodanig worden ingesteld dat de messen
op de maaischijf nooit in contact kunnen komen met de
laagspanningskabel.
De transformator moet op een locatie worden geplaatst
waar voldoende ventilatie is en geen direct zonlicht. De
transformator moet onder een afdak worden geplaatst.
We raden u aan om een aardlekschakelaar te gebruiken bij
het aansluiten van de transformator op het stopcontact.
Voor de beste prestaties mag de transformator niet worden
blootgesteld aan direct zonlicht.
Zorg dat de laagspanningskabel over de grond om de 75 cm
met krammen wordt vastgezet. De kabel moet overal vlak
tegen de grond liggen, zodat hij niet wordt doorgesneden
voordat de graswortels er overheen zijn gegroeid.
INSTALLATIE
3018-068
3012-220
3018-150
3018-085
Nederlands - 21