Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Pompregeling [390]; Aantal Aandrijvingen - Emotron FDU 2.0 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor FDU 2.0:
Inhoudsopgave

Advertenties

[711] Proces Waarde
[389]
[310] Proces Ref
[389]
[387]
[712] Toerental
Normale PID
Fig. 87 Test stabiele toestand
11.4.9

Pompregeling [390]

De pompregelfunctie wordt gebruikt om een aantal
aandrijvingen aan te sturen (pompen, ventilatoren, enz.),
waarvan er altijd één door de FO wordt aangedreven.
Pomp [391]
Deze functie laat de pompregeling alle relevante
pompregelfuncties instellen.
LET OP: Als er geen I/O-optieprint wordt gebruikt, zullen
niet alle pompregelparameters worden weergegeven.
391 Pomp
A
Stp
Standaard:
Uit
Uit
0
Pompregeling is uitgeschakeld.
Pompregeling is actief:
- Pompregelparameters [392] tot en met
[39G] worden weergegeven en geactiveerd
Aan
1
volgens de standaardinstellingen.
- Uitleesfuncties [39H] tot en met [39M]
worden toegevoegd aan het setup menu.
Communicatie-informatie
Modbus-instancenr./DeviceNet-nr.:
Profibus-positie/index
Veldbusformaat
Modbus-formaat
Emotron AB 01-3694-03r3
[388]
Stop stabiele
Start stabiele
toestand test
toestand test
StabVert
[341] Min Toeren
Uit
43161
169/65
UInt
UInt
Normale PID
Stop/Slaap
[386] PID<Min RPM

Aantal aandrijvingen [392]

Stelt het totale aantal gebruikte aandrijvingen in, inclusief de
Master-FO. De instelling hier is afhankelijk van de
parameter Aandr. Keuze [393]. Het is belangrijk om na het
kiezen van het aantal aandrijvingen de relais voor de
pompregeling in te stellen. Als de digitale ingangen ook voor
statusfeedback worden gebruikt, moeten deze worden
ingesteld voor pompregeling.
392 Aantal Aandr
A
Stp
Standaard:
1
Aantal aandrijvingen als I/O-print niet wordt
1-3
gebruikt.
Aantal aandrijvingen als 'Wisselende
MASTER' wordt gebruikt. Zie
1-6
Aandrijvingskeuze [363]. (I/O-print wordt
gebruikt).
Aantal aandrijvingen als 'Vaste MASTER'
1-7
wordt gebruikt. Zie Aandrijvingskeuze [363].
(I/O-print wordt gebruikt).
LET OP: Gebruikte relais moeten worden gedefinieerd
als Slave-pomp of Master-pomp. Gebruikte digitale
ingangen moeten worden gedefinieerd als
pompfeedback.
Communicatie-informatie
Modbus-instancenr./DeviceNet-nr.:
Profibus-positie/index
Veldbusformaat
Modbus-formaat
Tijd
time
1
43162
169/66
UInt
UInt
Functiebeschrijving
101

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave