Basisinstellingen
Zodra de camera voor de eerste keer wordt ingeschakeld, zal een taalselectievenster
worden weergegeven. Kies een taal en stel de datum en tijd in. Pas als u de tijd en datum
hebt ingesteld, kunnen er foto's worden gemaakt.
1
Zet de camera aan.
Er wordt een taalselectievenster weergegeven.
2
Selecteer een taal.
Druk op 1 of 3 om de gewenste taal te markeren
en druk op J.
3
Kies een tijdzone.
Er wordt een tijdzoneselectievenster weergegeven.
Druk op 4 of 2 om de lokale tijdzone te markeren
(het veld UTC geeft het verschil in uren aan tussen
de geselecteerde tijdzone en de Coordinated
Universal Time of UTC) en druk op J.
4
Kies een datumnotatie.
Druk op 1 of 3 om de volgorde te kiezen waarin
het jaar, de maand en de dag worden weergegeven.
Druk op J om naar de volgende stap te gaan.
5
Schakel zomertijd in of uit.
Er worden opties voor de zomertijd weergegeven.
De zomertijd is standaard uitgeschakeld. Als de
zomertijd van kracht is in de lokale tijdzone, druk op
1 om Aan te markeren en druk vervolgens op J.
6
Stel de datum en tijd in.
Het rechts aangeduide venster wordt weergegeven.
Druk op 4 of 2 om een optie te selecteren, 1 of 3
om te wijzigen. Druk op J om de klok in te stellen
en terug te keren naar de opnamestand.
X
27