A
G-, E- en D-type objectieven herkennen
Het is raadzaam CPU-objectieven (voornamelijk G-, E en D-types) te gebruiken, maar merk op dat
IX-NIKKOR-objectieven niet geschikt zijn. CPU-objectieven kunt u herkennen aan de CPU-
contacten, G-, E- en D-type objectieven aan een letter op de objectiefvatting. G- en E-type
objectieven zijn niet uitgerust met een diafragmaring.
CPU-contacten
CPU-objectief
A
AF-S/AF-I-teleconverters
De onderstaande tabel toont de beschikbare scherpstelpunten voor autofocus en elektrisch
meten van de afstand wanneer een AF-S/AF-I-teleconverter is bevestigd. Merk op dat de camera
mogelijk niet in staat is om op donkere onderwerpen of onderwerpen met een laag contrast
scherp te stellen als het gecombineerde diafragma kleiner is dan f/5.6. Autofocus is niet
beschikbaar met teleconverters die worden gebruikt met de AF-S VR Micro-Nikkor 105mm f/2.8G
IF-ED.
Maximaal diafragma
Accessoire
van objectief
f/4 of groter
TC-14E,
TC-14E II
f/5.6
f/2.8 of groter
TC-17E II
f/4
f/5.6
1 Scherpstelgegevens voor andere scherpstelpunten dan het middelste scherpstelpunt worden
verkregen door lijnsensoren.
2 Enkelpunts AF wordt gebruikt wanneer 3D-tracking of automatisch veld-AF is geselecteerd voor AF-
veldstand (0 99).
3 Autofocus niet beschikbaar.
G/E-type objectief
Scherpstelpunten
Accessoire
TC-20E,
TC-20E II,
1
TC-20E III
TC-800-1.25E
ED
2
3
—
Diafragmaring
D-type objectief
Maximaal diafragma
van objectief
Scherpstelpunten
f/2.8 of groter
f/4
f/5.6
f/5.6
1
3
—
2
n
287