Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Display-teksten

ALARM: Aanduiding voor de alarmtijd bij
instellingen van het horloge.
Alt., Altitude: Geeft hoogte aan.
AM of PM: Worden gebruikt bij de
12-uurs instelling. Bij de 24-uurs instelling
betekent 13:00 uur 1:00 PM.
AVG: Staat samen met een getal voor
de gemiddelde hartslag.
b0: Geeft aan dat u geen fietsinstellingen
heeft ingeschakeld.
b1: De instellingen voor fiets 1.
b2: De instellingen voor fiets 2.
BasicUse: Trainen zonder instellingen.
BestLap (=beste ronde): Geeft informatie
over de snelste rondetijd.
Birthday: Aanduiding van uw
geboortedatum in de
gebruikersinstellingen (USER SET).
Cad*, Cadence: Geeft de trapfrequentie
aan, gemeten in rotaties per minuut
(RPM).
Calibrate: U kunt terugkeren naar het
eerder handmatig ingestelde
referentiepuntkenmerk.
CONNECT: De communicatie-functie
tussen de ontvangen en de computer.
Cont: Maximaal 30 intervallen kunnen
elkaar opvolgen tenzij de intervalfase
handmatig wordt gestopt.
* aparte Polar Trapfrequentie Sensor of Polar Power Output Set benodigd.
M 104
S710 manual/NLD.pm6
104-105
CoolDown: De cool-downfase aan het
eind van een intervaltraining.
E0: Instellingen BasicUse.
E1-E5: Geeft aan met welke trainingsset u
tijdens de sessie werkt.
ExeSet (= Instellen training): Begin met
het instellen van uw BasicSet (Int Off) of
Interval Training Set (Int On).
Exe. Time: Trainingsduur.
FILE: Geeft de bestandsfunctie aan.
FIT. TEST: Geeft de fitnesstestfunctie aan.
Fri: Vrijdag
FULL: Verschijnt op het display nadat 99
ronden zijn opgeslagen (het gebruik van
intervallen reduceert het aantal ronden).
Rondetijden of intervallen kunnen nog
steeds worden bijgehouden maar deze
worden niet meer in het bestand
opgeslagen.
HR
-p: Verwachte maximum hartslag.
max
Int, Interval: Options-functie: geeft de
intervaltrainingsset aan. Exercise-functie:
Geeft de intervaltraining aan inclusief
warming-up-, interval- en cool-downfase.
InZone/ Above/ Below: Geeft de tijd aan
die binnen, boven en onder de
trainingszone werd gesport.
KCal: Geeft het calorieverbruik tijdens uw
trainingssessie aan.
Lp, Lap Time: Rondetijd
LAPS: Geeft aan hoeveel rondetijden
werden opgeslagen.
Lim High: De bovenlimiet van de
trainingszone.
Lim Low: De onderlimiet van de
trainingszone.
Limits1, 2, 3: Hartslaglimieten
trainingszone 1, 2 en 3.
LRB*: Geeft de trapbalans in percentage
aan voor links en rechts trappen.
MAX: Samen met de hartslag duidt dit op
de hoogste hartslag.
MAX%: Samen met de hartslag geeft dit
aan wat het percentage is van uw huidige
hartslag ten opzichte van uw maximum
hartslag.
Mem full: Verschijnt op het display
wanneer het geheugen vol is. U kunt uw
training voortzetten en rondetijden
blijven bijhouden, maar deze zullen niet
in het bestand worden opgeslagen.
Mon: Maandag
Odometer: Meet de totale afstand van
meerdere trainingssessies.
OPTIONS: Geeft de optiefunctie aan
OwnCal: Berekent het energieverbruik in
kilocalorieën tijdens de training. 1
kilocalorie (kcal) = 1000 calorieën (cal).
U kunt bijhouden hoeveel calorieën u
verbrandt tijdens één trainingssessie of
gedurende een dag, week of zelfs een
jaar. OwnCal kan worden gebruikt als
M 108
16.1.2001, 18:31
maateenheid voor de training of voor een
voedingsschema. De calorieberekening
van OwnCal begint als uw hartslag 90
slagen per minuut bereikt of boven 60%
van uw maximum hartslag uitkomt,
afhankelijk van het laagste gegeven. Deze
limieten zijn zo ingesteld dat alleen
trainingscalorieën worden geteld. Hoe
hoger de hartslag, des te sneller stijgt het
energieverbruik. OwnCal wordt
individueel gekalibreerd door het vooraf
ingegeven gewicht, de maximale
zuurstofopname (VO
) en de maximum
2max
hartslag (HR
). De meest nauwkeurige
max
OwnCal wordt verkregen als de -tijdens
een loopband- of fietstest- gemeten
VO
en HR
in de ontvanger worden
2max
max
ingevoerd. Het meten van het
energieverbruik is het meest nauwkeurig
tijdens constante activiteiten zoals fietsen
en lopen.
OwnINDEX: Resultaat van de Polar
Fitness Test en vergelijkbaar met de
maximale zuurstofopname (VO
).
2max
PI %, Pedalling index*: Helpt u
analyseren hoe gelijkmatig het vermogen
is verdeeld. Hoe soepeler de beweging,
hoe dichter het cijfer de ideale 100%
benadert. Een pedalling index van 100%
houdt in dat de krachtsinspanning
gedurende de hele trapbeweging
gelijkmatig wordt toegepast
M 105

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave