Parkeerrem - Controleren
Er kan pas gecontroleerd worden of hij werkt terwijl de machine in gebruik is.
Machine op een helling met ca. 15 % uit zetten.
Parkeerremschakelaar (1) in stand AAN zetten.
Als de machine voortbeweegt, op het rempedaal drukken en
hem op een veilige manier stoppen.
Machine pas terug in gebruik nemen als de parkeerrem her-
steld is.
Bedrijfsrem - Controleren
Er kan pas gecontroleerd worden of hij werkt terwijl de machine in gebruik is, zie onderdeel Kruip-
en rempedaal gebruiken (blz. 92).
Bandendruk - Controleren
Zie onderdeel Bandendruk (blz. 182).
Elektrische uitrusting - Controleren
De volgende elektrische onderdelen van de machine eenmaal bedienen en controleren of ze werken:
Ruitenwasinstallatie (blz. 132)
Claxon (blz. 133)
Knipperlicht (blz. 134)
Waarschuwingsknipperlichtsysteem (blz. 134)
Verlichting (blz. 134)
Interieurverlichting (cabine-uitvoering) (blz. 135)
Werklamp (cabine-uitvoering) (blz. 136)
Zwaailicht (toebehoren) controleren (blz. 136)
Alle bereikbare elektrische kabels, stekkerverbindingen en aansluitingen op toestand en goede bevestiging
controleren.
Zekeringenkast resp. zekeringenhouder op oxidatie en verontreiniging controleren, zo nodig schoonmaken.
Beschadigde onderdelen herstellen, evt. vervangen.
80
Bedrijf
1
R5535-8144-1
03/2020