De volgende signalen worden afgegeven:
Signaal onderbroken
Signaal periodiek
Signaal constant
Is de brandstofstroom te gering, dan stopt het signaal
blijvend. Zodra de brandstofstroom voldoende is,
klinkt het signaal weer.
Na het bijtanken:
Opnieuw op de schakelaar drukken om de vulpeilcontrole uit te
schakelen.
Tankdeksel losschroeven en tankdop sluiten.
Ontluchten van brandstofsysteem
Is de brandstoftank geleegd of zijn er werkzaamheden aan het brandstofsysteem uitgevoerd, dan
moet het brandstofsysteem worden ontlucht.
Nagaan of er zich voldoende dieselbrandstof in de brandstoftank bevindt. Indien niet, de machine bijtanken.
Om te ontluchten de startschakelaar in stand RUN zetten.
Het brandstofsysteem wordt in ca. 60 s door de elektrische brandstofpomp.
Indien niet voldoende ontlucht werd, gaat de motor weer uit. In dit geval de procedure herhalen.
Duurzaamheid van de asophanging garanderen
Door onvakkundige omgang met de machine raakt de asophanging beschadigd! Om de asophan-
ging te beschermen tegen sterke slijtage, dient u de volgende instructies in acht te nemen.
Enkel de door KUBOTA uitgebrachte bandengrootte gebruiken.
Bandendruktabel in acht nemen (blz. 182).
Bandendruk vóór het dagelijks in bedrijf stellen controleren.
Geen vloeistoffen in de banden gebruiken.
Sterk versleten banden vervangen voor inbedrijfstelling.
Op één as enkel dezelfde wielen en banden met dezelfde mate van slijtage gebruiken.
Het aangegeven toegelaten draagvermogen nooit overschrijden.
Enkel door KUBOTA uitgebrachte scheppen, palletkabels en vorktanden gebruiken.
144
Tank is leeg
Tank wordt gevuld
Tank is vol
Bedrijf
R5535-8144-1
03/2020