Voor- en achterasolie - Controleren
Weggelaten olie mag niet in de aarde terechtkomen.
Voorasbehuizing
Controlebout (1) losschroeven en oliepeil controleren.
De olie moet aan de onderkant van het tapgat staan, evt. olie over-
eenkomstig onderdeel hulpstoffen (blz. 176) bijvullen.
Controlebouten vastschroeven.
Achterasbehuizing
Controlebout (1) losschroeven en oliepeil controleren.
De olie moet aan de onderkant van het tapgat staan, evt. olie over-
eenkomstig onderdeel hulpstoffen (blz. 176) bijvullen.
Controlebouten vastschroeven
Reductietandwielbehuizing
Controlebout (1) losschroeven en oliepeil controleren.
De olie moet aan de onderkant van het tapgat staan, evt. olie over-
eenkomstig onderdeel hulpstoffen (blz. 176) bijvullen.
Controlebouten vastschroeven.
194
Onderhoud
1 1
1 1
R5535-8144-1
03/2020