Bedrijf
Bij het in gebruik nemen is de maximale snelheid standaard op 20 km/h ingesteld..
De maximale snelheid kan afhankelijk van de bandendruk licht verschillen.
Gevaar voor ongevallen door verlies van bodemtractie!
STOP
Het is verboden om met een hoge snelheid te rijden op een modderige of oneffen ondergrond.
Tijdens de rit de rijsnelheid niet verminderen door plotseling van toerental of rijrichting te wisselen.
Er bestaat het gevaar dat de motor over zijn toeren wordt gejaagd of beschadigd raakt. Als de motor
wordt geforceerd, knippert de waarschuwingslamp.
Rijden door bochten
Gevaar voor ongevallen door kantelen van machine!
Geen scherpe bochten met hoge snelheid nemen, de machine kan in het ergste geval kantelen.
STOP
- De snelheid verlagen voor het nemen van bochten.
- Hulpstuk tot ca. 400 mm boven de bodem houden.
Gevaar voor ongevallen na bochten!
Het stuur van de machine keert na het nemen van de bocht niet automatisch terug naar de positie
STOP
om rechtdoor te rijden.
- Het stuur van de machine terug in de positie sturen om rechtdoor te rijden na het nemen van
een bocht.
Gevaar voor ongevallen door gewijzigde stuurkracht!
Als de motor tijdens de rit wordt uitgeschakeld, dan stuurt het stuur erg zwaar.
STOP
- De motor niet uitschakelen tijdens de rit.
Gevaar voor persoonlijke schade!
Bij een stuurhoek kunnen personen tussen het voor- en achterframe gekneld raken of gedood wor-
STOP
den.
- Erop letten of er zich geen personen in het stuurbereik van de machine bevinden.
Voor- en achterframe van de machine zijn aan de knikbesturing verbonden. Als de machine een bocht neemt, dan
komen de voorwielen in het spoor van de achterwielen.
Niet scherper dan nodig sturen om de bocht te nemen. Niet proberen het stuur verder te draaien dan de stuuraan-
slag.
Om de machine te besturen, het stuur in de gewenste rijrichting draaien.
R5535-8144-1
03/2020
103