Schakel de achteruitversnelling alleen in als
de auto stilstaat en de motor stationair
draait.
Voor uw veiligheid en om het starten van de
motor te vergemakkelijken:
– Zet de versnellingspook altijd in de
neutraalstand.
– Trap het koppelingspedaal in.
Handgeschakelde
6-versnellingsbak
Inschakelen van de
achteruitversnelling
► Trek de ring onder de knop omhoog en beweeg
de versnellingshendel eerst naar links en dan naar
voren.
Schakel de achteruitversnelling alleen in als
de auto stilstaat en de motor stationair
draait.
Voor uw veiligheid en om het starten van de
motor te vergemakkelijken:
► Zet de versnellingshendel altijd in de
neutraalstand.
► Druk het koppelingspedaal in.
Automatische transmissie
Bij deze automatische transmissie met 6
versnellingen kunt u kiezen voor automatisch of
handmatig schakelen.
Er zijn twee gebruiksmogelijkheden:
– Automatisch schakelen: het schakelen wordt
elektronisch aangestuurd door de transmissie:
• Met het programma Sport: dit
schakelprogramma maakt een meer
dynamische rijstijl mogelijk.
– Handmatig schakelen: in deze stand kan de
bestuurder zelf sequentieel schakelen.
Selectiehendelmodule
1.
Programma Sport
P.
Parkeren
– Stilstaande auto, met aangetrokken of
vrijgezette parkeerrem.
– Starten van de motor.
R.
Achteruitversnelling
– Achteruitrijden, stilstaande auto, stationair
draaiende motor.
N.
Neutraalstand
– Stilstaande auto, met aangetrokken
parkeerrem.
– Starten van de motor.
D.
Automatische werking
M. +/-
Handmatige bediening
► Duw de hendel naar voren of naar
achteren om terug of op te schakelen.
Informatie op het
instrumentenpaneel
Als met de selectiehendel een stand is geselecteerd,
gaat het betreffende controlelampje op het
instrumentenpaneel branden.
Rijden
6
81