Algemene informatie
Bestuurderszadel
Waarschuwing
Het
bestuurderszadel
goed geborgd en ondersteund als het
achterzadel goed gemonteerd is.
Rij nooit op de motorfiets wanneer het
achterzadel loszit of verwijderd is,
omdat het voorzadel dan niet goed
vastzit en kan gaan bewegen.
Een loszittend of losgeraakt zadel kan
tot verlies van controle over de motor-
fiets en een ongeval leiden.
1.
Bestuurderszadel
Voor
het
verwijderen
bestuurderszadel:
• Verwijder het passagierszadel (zie
pagina 131).
• Pak het bestuurderszadel aan beide
zijden beet en schuif het naar ach-
teren en omhoog.
• Als de motorfiets is uitgerust met
zadelverwarming, moet de connec-
tor van de zadelverwarming worden
losgekoppeld om het zadel volledig
van
de
motorfiets
verwijderen.
132
wordt
alleen
1
van
het
te
kunnen
Zadel terugplaatsen:
• Sluit de connector van de zadelver-
warming (indien aanwezig) weer
aan.
• Schuif de voorste rail van het zadel
in de beugel aan de achterkant van
de brandstoftank en laat de achter-
ste rail in de achterste beugels
zakken.
• Druk de achterkant van het zadel
stevig omlaag.
• Monteer het passagierszadel (zie
pagina 131).
Hoogteverstelling bestuurderszadel
Waarschuwing
Verstel altijd beide zadelhoogteverstel-
lingen.
Door slechts één hoogteverstelling te
verstellen, kan het zadel wellicht niet
correct worden bevestigd.
Het gebruik van de motorfiets met een
onjuist gemonteerd zadel kan tot ver-
lies van controle over de motorfiets en
een ongeval leiden.