RuIteNWIsseR, RuIteNsPROeIeR VOOR
Ruitensproeier, koplampsproeier
(afhankelijk van de auto)
Contact aan: trek de schakelaar 1 naar u
toe.
Koplampen uit.
Een keer kort indrukken zorgt voor een wis-
beweging van de ruitenwisser.
Een keer lang indrukken zorgt voor drie wis-
bewegingen, enkele secondes later gevolgd
door een wisbeweging.
1.74
(2/2)
Koplampen branden
U schakelt tegelijkertijd de koplampsproei-
ers in.
1
A
B
C
D
Controleer als het vriest, voordat u weg-
rijdt, of de ruitenwissers voor en achter
niet aan het glas zijn vastgevroren.
De wissermotor kan hierdoor te warm
worden.
Controleer regelmatig de staat van de
ruitenwisserbladen. Zodra hun werking
afneemt moet u ze vervangen, ongeveer
eens per jaar.
Maak regelmatig uw voorruit schoon.
Als u het contact afzet voordat u de rui-
tenwisser hebt uitgeschakeld (stand A),
blijven de wisserarmen onmiddellijk stil-
staan.
Voordat u iets aan de voorruit
doet (wassen van de auto, ont-
dooien, reinigen van de voor-
ruit, enz.) moet u de schake-
laar 1 in stand A (uit) zetten.
Risico van verwonding en/of beschadi-
gingen.
Controleer bij werkzaamheden
onder de motorkap, of de scha-
kelaar van de ruitenwisser in
stand A (uit) staat.
Risico van verwonding.