aCCU: storing
(1/3)
Om vonkvorming te voorkomen:
– Controleert u of alle stroomverbruikers
zijn uitgeschakeld voordat u de accu-
klemmen losmaakt of aansluit.
– Schakelt u de acculader uit voordat u
deze op de accu aansluit of ervan los-
maakt.
– Mag u geen metalen of andere gelei-
dende voorwerpen, die kortsluiting
tussen de accupolen kunnen veroorza-
ken, op de accu leggen.
– Moet u minstens 20 secondes wachten
na het afzetten van de motor voordat u
de accukabels losmaakt
– Moet u de accukabels na het weer mon-
teren goed vastzetten.
De accu bevat zwavelzuur. Vermijd daarom contact met de ogen, de huid of kle-
ding. Bij onverhoopt contact spoelen met veel water.
Houd open vuur, gloeiende voorwerpen en vonken verwijderd van de accu: ex-
plosiegevaar.
Bij werkzaamheden onder de motorkap: de koelventilateur kan onverwacht gaan draaien;
risico van verwonding.
a
Toegang tot de accu
In de motorruimte, afhankelijk van de auto,
maakt u het blok A los en trekt u eraan.
Maak de kap B los en verwijder deze.
Maak daarna de kap C los en verwijder
deze.
b
Monteren van de kappen van de
accu
– plaats de kap C in de scharnieren en
klem deze vast;
– plaats vervolgens de kap B in de scharnie-
ren en klem deze vast;
Controleer of de twee kappen B en C goed
vergrendeld zijn.
Afhankelijk van de auto plaats u het blok A
terug, door het naar voren te kantelen,
daarna klemt u het vast door het naar ach-
teren te kantelen. Controleer de vergrende-
ling.
C
5.25