3.4
Bestuurdersplaats inrichten
WAARSCHUWING!
Gevaar voor ongevallen door niet vergrendelde bestuurdersstoel, stuurkolom
en armleuning
Bestuurdersstoel, stuurkolom en armleuning kunnen tijdens het rijden ongewild
verschuiven en zo niet veilig worden bediend.
Bestuurdersstoel, stuurkolom en armleuning niet instellen tijdens het rijden.
Werkwijze
• Chauffeursstoel, stuurkolom en eventueel armleuning voordat u gaat rijden
zodanig instellen, dat alle bedieningselementen veilig toegankelijk zijn en zonder
moeite bediend kunnen worden.
• Hulpmiddelen voor de verbetering van het zicht (spiegels, camerasystemen etc.)
zo instellen, dat de werkomgeving veilig kan worden overzien.
3.4.1 Stoel instellen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor ongevallen en gevaar voor de gezondheid
Bij
niet
juist
gezondheidsschade worden veroorzaakt.
Bestuurdersstoel niet instellen tijdens het rijden.
Bestuurdersstoel moet na het instellen vergrendelen.
Voor inbedrijfstelling van het interne transportmiddel de individuele instelling van
het bestuurdersgewicht controleren en indien nodig instellen.
Gewichtsinstelhendel alleen aan de greep vasthouden; niet onder de
gewichtsinstelhendel door grijpen.
84
ingestelde
bestuurdersstoel
kunnen
er
ongevallen
en