In bedrijf stellen
8
In bedrijf stellen
130
Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over
•
het in bedrijf stellen van uw machine.
•
de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw trac-
tor kunt aansluiten/aankoppelen.
•
Voor het inbedrijfstellen van de machine moet de gebruiker deze
bedieningshandleiding hebben gelezen en begrepen.
Raadpleeg het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebrui-
•
ker", vanaf blz. 30 bij
ο
aan- en afkoppelen van de machine;
transporteren van de machine;
ο
ο
werken met de machine.
De tractor waarop u de machine aankoppelt of waarmee u de
•
machine transporteert dient daartoe geschikt te zijn!
•
Tractor en machine dienen te voldoen aan de wettelijke ver-
keersvoorschriften.
Zowel de eigenaar als bestuurder zijn ervoor verantwoordelijk
•
dat de machine voldoet aan de nationale verkeersvoorschriften.
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, naar binnen trek-
ken en vastgrijpen bij de hydraulische of elektrische onderdelen.
Blokkeer geen bedieningshendels op de tractor als deze hendels
hydraulische of elektrische functies direct uitvoeren, zoals in- en uit-
klappen, draaien en verschuiven. De beweging moet automatisch
stoppen zodra u de betreffende bedieningshendel bijbehorende re-
gelelement loslaat. Dit geldt niet voor bewegingen van inrichtingen
die
•
continu zijn of
automatisch geregeld zijn of
•
afhankelijk van de functie een zweef- of drukstand vereisen
•
UX Super CP Plus BAG0157.5 07.20