Inhoudsopgave
Advertenties
3.9.2 Programmeren in noodgevallen wanneer de Programmer AAN staat
De opdracht Urgent Programming (urgente programmering) kan worden
gebruikt om de OPTIMIZER IVs IPG met een groep veilige parameters
(OOO Mode, CCM OFF [OOO-modus, CCM UIT]) te programmeren.
De opdracht Urgent Programming (urgente programmering) kan worden
gegeven door de Programmer Wand boven het implantaat te positioneren en een
van de volgende handelingen uit te voeren:
• Selecteer het pictogram Urgent Programming (urgente programmering)
uit de Programming Bar (programmeerbalk), of
• selecteer het pictogram Urgent Programming (urgente programmering)
onder de tab Tools (extra) van de Menu Bar (menubalk), of
• druk op de knop F4 op het toetsenbord van de tablet-pc, of
• druk op de knop Emergency Programming (programmering in nood-
gevallen) op de Programmer Wand (zie paragraaf 1.5).
Als de handeling Urgent Programming (urgente programmering) slaagt, meldt
de Programmer 'Urgent Programming OK' (urgente programmering OK).
Als de Programmer Wand echter niet goed boven de implantatieplaats is
gepositioneerd, is het mogelijk dat de handeling Urgent Programming (urgente
programmering) mislukt. Als de communicatie mislukt, geeft de Programmer het
bericht 'Urgent Programming Error' (fout bij urgente programmering) weer
samen met 3 korte waarschuwingspieptonen en de opties Retry (opnieuw
proberen) en Cancel (annuleren).
Retry (opnieuw proberen) kan worden uitgevoerd door de Programmer Wand
opnieuw te positioneren en de knop Retry (opnieuw proberen) te selecteren
of door op de knop Emergency Programming (programmeren in noodgevallen)
op de Programmer Wand te drukken.
Na een geslaagde handeling Urgent Programming (urgente programmering) is
de OPTIMIZER IVs IPG in de Standby (OOO Mode, CCM OFF) (stand-bymodus
OOO-modus, CCM UIT) ingesteld.
3.10 Magnet Mode (magneetmodus)
Als een pacemakermagneet boven de implantatieplaats van de OPTIMIZER IVs IPG
wordt geplaatst en gedurende ten minste twee hartcycli (2–3 seconden) in de
onmiddellijke nabijheid van het apparaat wordt gehouden, wordt de OPTIMIZER IVs IPG
op de status Permanent Off (permanent uit) ingesteld.
NB: Deze functie is nuttig voor het uitzetten van de afgifte van CCM™-signalen wanneer
er geen OMNI II Programmer (met OMNI Smart Software) beschikbaar is (bijvoorbeeld
wanneer er een ecg moet worden uitgevoerd bij een patiënt in een afdeling voor
spoedeisende hulp die niet is uitgerust met een OMNI II Programmer met OMNI
Smart Software).
In deze toestand geeft de OPTIMIZER IVs IPG geen CCM™-signalen af, hoewel hij
cardiale voorvallen detecteert en classificeert. Deze status kan uitsluitend worden veranderd
door de OPTIMIZER IVs IPG onder toezicht van een arts opnieuw te programmeren met
de OMNI II Programmer-applicatie.
41
Advertenties
Inhoudsopgave
