Afbeelding 11: Tab met parameters voor CCM Schedule (planning van CCM)
Afbeelding 12: Tab met parameters voor de Charger (oplader)
Parameterwaarden worden op twee verschillende manieren weergegeven:
• Voor het activeren/deactiveren van parameters (zoals CCM™ Channels
[CCM™-kanalen]) worden selectievakjes gebruikt en duidt een symbool
aan dat de optie is geselecteerd. Om de optie te veranderen, selecteert
u het vakje links van de naam van de parameter.
• Bij parameters die een groep mogelijke waarden hebben, wordt de parameter-
waarde in een vakje weergegeven. Om de waarde (van de programmer)
van dergelijke parameters te modificeren, selecteert u de waarde in het
vakje en verschijnt er een venster met alle mogelijke waarden voor de
geselecteerde parameter. Om de waarde van de parameter te modificeren,
selecteert u de nieuwe waarde in de lijst. Voorts hebben de vensters met de
lijst met waarden een 'pin' in hun linkerbovenhoek. Als deze pin wordt
geselecteerd, blijft het venster open (anders sluit het venster automatisch
nadat een waarde is geselecteerd). Wanneer het vakje met de X in de
rechterbovenhoek wordt geselecteerd, sluit een venster met een lijst met
waarden dat de pin heeft geactiveerd.
22