Handel als volgt om de gemodificeerde parameterwaarden te programmeren:
• Plaats de Programmer Wand (of plaats deze zo nodig opnieuw) boven
de OPTIMIZER IVs IPG.
• Breng de parameterwaarden van de OMNI II Programmer-applicatie
over naar de OPTIMIZER IVs IPG met behulp van de opdracht
Program (programmeren). Om deze opdracht te geven, voert u een van
de volgende opties uit (deze opties zijn alleen geactiveerd als er geen
parameterconflict is):
o Druk op de knop Program (programmeren) op de Programmer Wand, of
o selecteer het pictogram Program (programmeren) onder de tab File
(bestand) van de Menu Bar (menubalk), of
o selecteer de knop Program (programmeren) op de Programming Bar
(programmeerbalk).
Als de programmering is geslaagd, geeft de OMNI II Programmer-applicatie het
bericht 'Programming OK' (programmering OK) weer.
Als de Programmer Wand echter niet goed boven de implantatieplaats is
gepositioneerd, is het mogelijk dat de programmeringshandeling mislukt.
Als de communicatie mislukt, geeft de Programmer het bericht 'Programming
Error' (programmeringsfout) weer samen met de opties Retry (opnieuw
proberen) en Cancel (annuleren).
Retry (opnieuw proberen) kan worden uitgevoerd door de Programmer Wand
opnieuw te positioneren en de knop Retry (opnieuw proberen) te selecteren
of door op de knop Program (programmeren) op de Programmer Wand te drukken.
Na het uitvoeren van een opdracht Program (programmeren) worden de
gemodificeerde parameterwaarden op het scherm van de OMNI II Programmer-
applicatie zwart, wat aanduidt dat ze nu de geprogrammeerde parameterwaarden
van de OPTIMIZER IVs IPG zijn.
3.5.2 De functies Cancel (annuleren) en Undo (ongedaan maken)
Modificaties van de parameterwaarden kunnen op twee verschillende manieren
op de eerdere waarden worden gereset. De methode die wordt gebruikt om
de gemodificeerde parameters te resetten is afhankelijk van de vraag of
de gemodificeerde parameters al dan niet in de OPTIMIZER IVs IPG zijn
geprogrammeerd.
35