4.18 Aan de OPTIMIZER Mini Charger gemelde alarmen van
de OPTIMIZER Smart IPG
4.18.1 Minimum Target Percentage for CCM™ Delivery (minimaal
doel-% voor toediening van CCM™)
De OPTIMIZER Smart IPG houdt een record bij van de voorvallen en
omstandigheden die zich hebben voorgedaan tijdens de laatste Active Period
(actieve periode) van de geplande toediening van CCM™. Deze record kan
worden gebruikt om het percentage van de afgegeven CCM™-signalen
te berekenen vergeleken met het aantal rechterventriculaire voorvallen dat
gedurende de periode wordt gedetecteerd.
Het minimale doelpercentage voor de CCM™-toedieningsparameter is de
verwachte minimale verhouding voor de afgifte van de CCM™-trein.
De OPTIMIZER Mini Charger kan worden geprogrammeerd om een numerieke
code weer te geven wanneer dat percentage voor de cardiale-contractiliteits-
modulatietherapie minder is dan het geprogrammeerde minimale doelpercentage
(numerieke code 4 – zie paragraaf 7.6.5).
Activeer het alarm met numerieke code 4 als volgt in de OPTIMIZER Mini Charger:
• Selecteer de knop Parameters (parameters) op de Task Bar (taakbalk).
• Selecteer de tab Alarms (alarmen) op de balk Parameters (parameters).
• Vind het Minimum Target % for CCM Delivery (minimaal doel-% voor
toediening van CCM) op het paneel Alarms (alarmen).
• Activeer deze functie door een vinkje () in het selectievakje naast
Enable (activeren) te plaatsen.
De op dat moment geprogrammeerde waarde voor deze parameter verschijnt.
Om de huidige waarde van het minimale doelpercentage voor de toediening van
CCM te modificeren, handelt u als volgt:
• Selecteer de huidige waarde voor Minimum Target % for CCM
Delivery (minimaal doel-% voor toediening van CCM).
• Wanneer het venster Min Target for CCM Deliv. (%) (minimaal doel-%
voor toediening van CCM) verschijnt, selecteert u een nieuwe
parameterwaarde.
• Programmeer de nieuwe parameterwaarde voor de OPTIMIZER Smart IPG.
4.18.2 Maximum Lead Displacement (maximale verplaatsing van geleiders)
Mogelijke beschadiging of verplaatsing van een ventriculaire geleider zou kunnen
worden geïdentificeerd door een verandering in de geleiderimpedantie vergeleken
met eerder gemeten waarden.
Metingen van de V- en LS-geleiderimpedantie door ofwel de OMNI Smart
Programmer-applicatie of de OPTIMIZER Mini Charger worden opgeslagen
in de OPTIMIZER Smart IPG.
121