Als de handeling Undo (ongedaan maken) is geslaagd, geeft de OMNI
Smart
(programmering OK) weer.
Als de Programmer Wand echter niet goed boven de implantatieplaats is
gepositioneerd, is het mogelijk dat de handeling Undo (ongedaan maken)
mislukt. Als de communicatie mislukt, geeft de Programmer het bericht
'Programming Error' (programmeringsfout) weer samen met de opties
Retry (opnieuw proberen) en Cancel (annuleren).
Retry (opnieuw proberen) kan worden uitgevoerd door de Programmer
Wand opnieuw te positioneren en de knop Retry (opnieuw proberen)
te selecteren.
4.5
Gebruik van Standards (standaarden)
Sommige combinaties van standaardparameters zijn handig in bepaalde klinische situaties.
Specifieke programma's kunnen worden opgeslagen als standards (standaarden)
(ook voorinstellingen van de gebruiker genoemd). Bestanden met een standaard hebben
een speciaal formaat dat de OMNI Smart Programmer-applicatie kan interpreteren.
De bestandsextensie die daarvoor wordt gebruikt, is '.tip'. Met de opdrachten
Open (openen) en Save (opslaan) van de OMNI Smart Programmer-applicatie worden
gegevens van en naar .tip-bestanden gelezen en geschreven. Als zodanig kan de
OMNI Smart Programmer-applicatie ook als editor van standaarden worden gebruikt.
Dit gedeelte bevat informatie over het gebruik en de opslag van configuraties van
parameterwaarden.
4.5.1 Openen van een standaardbestand
Voer een van de volgende handelingen uit om een standaardbestand (.tip-bestand)
te openen:
• Selecteer de knop Open (openen) op de Tool Bar (werkbalk) of
• druk op de toetsenbordcombinatie <Ctrl+ O>.
• Er verschijnt een venster Open (openen) met de namen en locaties van de
standaardbestanden die kunnen worden geladen. Kies een standaard-
bestand en klik vervolgens op Open (openen).
Wanneer parameterwaarden van een standaardbestand worden geladen, worden
die de huidige parameterwaarden die door de Programmer worden weergegeven.
Dit heeft de volgende consequenties:
• Als een OPTIMIZER Smart IPG is ondervraagd voordat een standaard-
bestand wordt geopend, worden de waarden van de standaard die anders
zijn dan de overeenkomstige parameterwaarden van het apparaat blauw
weergegeven en verschijnt de naam van het standaardbestand in de
Title Bar (titelbalk).
• Als er geen apparaat is ondervraagd, worden de waarden van de standaard
zwart weergegeven en verschijnt de naam van het standaardbestand
in de Title Bar (titelbalk).
Programmer-applicatie
98
het
bericht
'Programming
OK'