Inhoudsopgave
Advertenties
Introductie ...........................................................125
6.1 Glucagontoevoer installeren .........128
6.3 Glucagonampul verwisselen ........145
6.4 Glucagoninfusieset wisselen ........154
6.5 Glucagonslang doorspoelen ........160
6.6 Problemen met slang vullen ........164
6.7 Glucagoncanule vullen .....................166
6.8 Glucagonstatus bekijken .................168
6.9 Glucagondoseringen bekijken ....169
6.10 Glucagonampul vullen ...................170
124
Introductie
In dit hoofdstuk wordt stap voor stap verteld hoe u de glucagontoevoer dient
aan te sluiten voor gebruik en hoe u onderdelen kunt verwisselen.
Voor het aansluiten van de glucagontoevoer heeft u het volgende nodig:
•
een gevulde 3.15 mL glucagonampul die geschikt is voor pompgebruik;
•
een voor glucagongebruik geschikte infusieset met een slanglengte van
80 of 70 cm en een luer-lock aansluiting;
•
een voor glucagongebruik geschikte adapter;
•
een donkerblauw stickertje met daarop de hoofdletter 'G' voor glucagon.
WAARSCHUWING
Handelingen betreft de glucagontoevoer dienen altijd uitgevoerd
te worden door middel van de bijbehorende procedure op de
AP. Wanneer u dit niet doet, kan dit leiden tot ongecontroleerde
toediening van glucagon en schade aan de AP.
Voor het correct aansluiten van de glucagontoevoer is het van belang dat u
de bijbehorende procedure op de AP doorloopt. In dit hoofdstuk worden alle
glucagonprocedures die u kunt doorlopen op de AP stap voor stap uitgelegd.
Het wordt afgeraden om een procedure tussentijds te beëindigen, de AP zal
niet meer functioneren totdat u deze procedure opnieuw uitvoert. Mocht het
toch nodig zijn, dan kunt u bij een aantal schermen de procedure verlaten
door op de ESC-knop te drukken. De stappen van deze schermen zijn in dit
hoofdstuk gemarkeerd met een sterretje (
is onderbroken door een batterijwissel, dient altijd het scherm weer aangezet
te worden.
Zodra u een glucagonprocedure start, wordt de regeling gepauzeerd.
Indien de AP insuline of glucagon aan het toedienen is wanneer u een
glucagonprocedure wilt starten, zal dit op het scherm te zien zijn. U kunt dit
eventueel onderbreken, maar het wordt aangeraden om te wachten totdat
de dosering volledig is toegediend. Indien u de dosering onderbreekt, krijgt
u niet de juiste hoeveelheid insuline of glucagon toegediend. Dit resulteert
mogelijk in een schommelende glucosewaarde.
Tijdens een glucagonprocedure worden de geluidssignalen en trillingen van
alarmen onderdrukt, maar het LED lampje zal wel gaan knipperen bij een
nieuw alarm. Zodra u klaar bent met de procedure zullen de onderdrukte
alarmsignalen gegeven worden en kunt u de alarmen oplossen. Glucose
alarmen worden wel tijdens de procedures weergegeven, met de glucose
banner (zie paragraaf 3.3).
*
). Indien een glucagonprocedure
125
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
