Inhoudsopgave
Advertenties
Overige componenten
12.3.2.1 systeembagagedrager
Pak de klembeugel vast, trek hem voorzichtig omhoog en houd
hem zo vast.
1. Plaats uw bagage op de bagagedrager.
2. Zet uw bagage op de bagagedrager vast door de klembeu-
gel voorzichtig terug te laten klappen.
3. Wanneer de bagagedrager geen klembeugel bevat, gebruikt
u andere accessoires of spanbanden om de bagage vast te
zetten.
Afb.: Systeembagagedrager
1 Bevestiging voor accessoires
2 Achterlicht
3 Reflector
Een systeembagagedrager kunt u in een handomdraai aan uw
wensen aanpassen, bijv. met behulp van een fietsmand.
12.4 Bagage
1
•
2
•
3
•
•
•
WaarscHuWinG
Fietstassen en fietsmanden zorgen voor gewijzigde rijei-
genschappen.
risico op ongevallen en verwondingen!
• Oefen buiten de openbare weg met de gewijzigde rijei-
genschappen bij extra aanbouwelementen zoals fiet-
stassen en fietsmanden.
• Fietstassen, fietsmanden en "lowrider" hebben een
negatieve invloed op het stuurgedrag.
• Pas uw rijstijl aan de gewijzigde fietseigenschappen
aan.
Plaats uw lading zodanig dat reflectoren of lichten niet afge-
dekt worden.
Rem vroeger en plan een langere remweg en een trager stuur-
gedrag.
Maak bagage zodanig op de bagagedrager vast, dat deze niet
kan wegglijden of vallen, bijv. met spanriemen.
Plaats zware voorwerpen zo, dat het hoofdgewicht zo dicht
mogelijk bij de wielnaven ligt, bijv. onderaan in de bagagetas-
sen.
Houd het zwaartepunt zo laag mogelijk.
96
Advertenties
Inhoudsopgave
