Opslag en afvoer
14 opslag en afvoer
14.1 opslag
Houd u aan de onderstaande punten wanneer u de fiets langere
tijd niet gebruikt:
•
Maak de fiets schoon.
•
Sla de fiets vorstvrij op in een droge ruimte en bescherm hem
tegen grote temperatuurverschillen.
•
Hang de fiets aan het frame op om vervormingen aan de ban-
den te voorkomen.
•
Bij een fiets met derailleur schakelt u voor op het kleine ket-
tingwiel en achter op de kleinste tandkrans om de kabels zo
veel mogelijk te ontlasten.
opmerking:
Wanneer u de fiets weer wilt gebruiken, schakelt u
het kettingwiel en de tandkranscassette weer terug in de gebruike-
lijke combinatie die bedoeld is om te fietsen (zie hoofdstuk "Tand-
wielcombinaties" op pagina 55).
WaarscHuWinG
Gevaren voor kinderen en voor personen met onvol-
doende kennis of vaardigheden!
risico op ongevallen en verwondingen!
• Laat kinderen niet met de fiets spelen.
• Zorg ervoor dat de reiniging en het onderhoud niet door
kinderen worden uitgevoerd.
VoorzicHTiG
Pas op dat u niet bekneld raakt tussen de bewegende
onderdelen van de fiets.
Letselgevaar!
• Wees voorzichtig met bewegende onderdelen. Voor u
het weet kan bijvoorbeeld uw vinger bekneld raken.
• Draag eventueel beschermende handschoenen.
LET op
Gebruik van onjuiste schoonmaakmiddelen.
risico op beschadigingen!
• Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen.
• Gebruik geen scherpe, hoekige of metalen reinigings-
voorwerpen.
• Maak de fiets nooit schoon met een harde waterstraal
of hogedrukreiniger.
LET op
Lekkende olie of vet.
schadelijk voor het milieu!
• Let op, dat er geen olie of vet op de grond drupt.
• Veeg gemorste olie of vet onmiddellijk af met een doek.
• Voer gemorste olie- en vetresten op milieuvriendelijke
wijze af volgens de lokaal geldende voorschriften.
112