Handmatige afstelling van stuurwiel*
Om de hoek of axiale positie van het
●
stuurwiel aan te passen, doet u het
volgende terwijl u het stuurwiel
vasthoudt:
Duw de stelhendel van het
●
stuurwiel omlaag om het stuurwiel
in de gewenste stand te zetten en
zet daarna de hendel terug in de
oorspronkelijke stand.
HERINNERING
Stel het stuur nooit af tijdens het
●
rijden, omdat dit een risico op
verlies van controle over de auto
met zich meebrengt, wat kan leiden
tot ongevallen.
Beweeg het stuur na het afstellen
●
op en neer om te controleren of het
goed vergrendeld is.
Instellingen stuurbekrachtiging
Het gevoel van stuurbekrachtiging
●
varieert van persoon tot persoon, dus
ook de beoordeling ervan en de
behoefte eraan.
Om de stuurmodus in te stellen, gaat u
●
naar het Infotainment-touchscreen
→ Voertuiginstellingen →
Intelligent chassis →
Stuurhulpinstelling en selecteert u
Comfort of Sport.
HERINNERING
Als de auto op hoge snelheid rijdt
●
en u het stuur licht aanvoelt, wordt
aanbevolen om de
stuurbekrachtigingsmodus in de
sportmodus te zetten.
Schakelaars
Lichtschakelaars
Draai de knop aan het einde van de
lichtschakelaar naar "
lampen, behalve de dagrijverlichting, uit
te schakelen.
Automatische verlichting
Draai de knop aan het einde van de
lichtschakelaar naar "
registreert de helderheidsgegevens van
de lichtintensiteitssensor om de
standlichten en het dimlicht automatisch
in of uit te schakelen.
03
" om alle
". De BCM
75