aandrijfvermogen en de
ontlaadcapaciteit te garanderen en
uw rijervaring te verbeteren.
Wanneer de auto over korte
afstanden wordt gereden, kan
verwarming ondoeltreffend zijn,
wat het stroomverbruik verhoogt
en de actieradius vermindert.
Wanneer de accu normaal is, varieert
●
de actieradius van de auto met de
volgende factoren:
Rijgewoonte: de actieradius is bij
●
frequente acceleratie of vertraging
bijvoorbeeld korter dan bij
constante snelheden, en het bereik
is korter bij hoge snelheden dan bij
lage snelheden.
Conditie van de wegen: de
●
actieradius bij rijden in zware
omstandigheden of op lange
hellingen, is bijvoorbeeld korter dan
dat in normale omstandigheden en
op vlakke wegen wordt gereden.
Luchttemperatuur: de actieradius
●
is bij lage temperaturen korter dan
bij kamertemperaturen.
Gebruik van elektrische apparatuur:
●
De actieradius die met airco aan
wordt aangedreven is bijvoorbeeld
korter dan met airco uit.
De bruikbare capaciteit van de accu
●
is lager bij koud weer en neemt af
naarmate de temperatuur daalt. Als
de auto met een hoog
acculaadniveau bij lage
temperaturen wordt opgeladen,
kan de accucapaciteit snel naar
100% springen.
De beschikbare accucapaciteit neemt
●
af naarmate de auto na verloop van
tijd wordt gebruikt.
Tips voor gebruik
Het wordt aanbevolen de auto te
●
gebruiken bij temperaturen tussen -10
°C en 40 °C. Laad de auto tijdig op
wanneer de accucapaciteit laag is, om
te zorgen voor voldoende actieradius
en goede acceleratieprestaties.
Om de prestaties op de lange termijn
●
te behouden, moet u voorkomen dat
de auto gedurende meer dan 24 uur
voortdurend wordt blootgesteld aan
hoge temperaturen of omgevingen
met extreem lage temperaturen.
Als de auto bij lage
●
omgevingstemperaturen lange tijd
moet worden opgeslagen, kan het in
een ondergrondse garage of andere
warmere ruimte worden geplaatst om
het verlies van accuwarmte te
verminderen, waardoor de prestaties
van de auto behouden blijven.
Frequente en plotselinge acceleratie of
●
vertraging moeten worden vermeden.
Rijd de auto bij voorkeur op vlakke en
droge wegen. Schakel indien nodig
krachtige apparatuur zoals airco uit of
pas de temperatuur van de airco aan
om het stroomverbruik van dergelijke
apparaten te verminderen en de
actieradius te vergroten.
Wanneer de auto voor het eerst of na
●
een lange stilstandperiode wordt
gebruikt, is de accucapaciteit die op
het instrumentenpaneel wordt
weergegeven mogelijk niet correct.
Het wordt aanbevolen om de auto
eerst volledig op te laden.
Laad de auto tijdens dagelijks gebruik
●
regelmatig (ten minste eenmaal per
week) volledig op en laad de accu elke
drie tot zes maanden volledig vanaf
een laag accuniveau (<10%
accucapaciteit) op.
Onder extreme
●
gebruiksomstandigheden (zoals
frequente plotselinge
acceleratie/vertraging) die
oververhitting van de accu
04
105