WAARSCHUWING
systeem worden gebruikt, kunnen
de vormen van sommige
weergegeven objecten verschillen
van de werkelijke vorm.
Gebruik het panoramisch zicht-
●
systeem niet als de zijspiegels niet
zijn uitgeschoven. Zorg ervoor dat
alle portieren goed gesloten zijn
wanneer u de auto met behulp van
het panoramisch zichtsysteem
bestuurt.
Er kan een verschil zitten tussen de
●
afstand die wordt weergegeven op
het panoramisch zicht-interface en
de afstand die de bestuurder
ervaart. Vooral wanneer een object
dichter bij de auto komt, moet de
bestuurder de afstand tussen de
auto en het object op meerdere
manieren beoordelen.
Camera's moeten op de grille, de
●
zijspiegels en boven de
achterkentekenplaat worden
gemonteerd. Zorg ervoor dat de
camera niet geblokkeerd is.
Voorkom dat de prestaties van
●
camera's worden beïnvloed door
deze camera's niet direct te wassen
wanneer u de carrosserie van de
auto met water onder hoge druk
wast. Veeg water of stof dat op de
camera zit op tijd af.
Sla op geen enkele manier tegen de
●
camera; anders kan de camera
defect raken of beschadigd raken.
Als het infotainmentsysteem niet
●
volledig is gestart en de startknop
van het panoramisch zicht wordt
bediend of de R-knop wordt
ingedrukt, wordt, nadat de auto is
gestart, de uitvoer van de interface
van het panoramisch zicht
vertraagd of wordt er een
"knipperend scherm" weergegeven.
150
WAARSCHUWING
Dit is een normaal inschakelproces
wanneer de camera wordt
geactiveerd.
Parkeerhulpsysteem
Tijdens het parkeren van de auto
●
detecteert het parkeerhulpsysteem
obstakels via sensoren en geeft het de
bestuurder een melding dat er
obstakels in de buurt zijn door een
afbeelding op het infotainment-
touchscreen en een luidsprekeralarm.
Het parkeerhulpsysteem helpt bij
●
achteruitrijden. Let tijdens het
achteruitrijden op de omgeving achter
en rond de auto.
Wanneer u de auto achteruit rijdt,
●
wordt automatisch een
achteruitrijbeeld op het infotainment-
touchscreen weergegeven.
Nadat het achteruitrijden is beëindigd,
●
wordt de interface hersteld.
HERINNERING
De veiligheidslijnen voor
●
achteruitrijden zijn alleen voor
afstandsreferentie in onbelaste
toestand van de auto.
Als het achteruitrijbeeld wordt
●
weergegeven, worden voor uw
veiligheid alle knoppen
uitgeschakeld, behalve enkele
volume- en telefoongerelateerde
knoppen.
WAARSCHUWING
Het parkeerhulpsysteem stopt met
●
werken wanneer de auto meer dan
10 km/u vooruit rijdt.